A. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De gemeente Drimmelen vindt het belangrijk om risico’s te beheersen. Het gaat om risico’s die van invloed zijn op het behalen van de programmadoelstellingen. Door inzicht in de risico’s kunnen we op een verantwoorde manier besluiten nemen. In deze paragraaf leest u:

  • het beleid over de weerstandscapaciteit en risico’s
  • een inventarisatie van de risico’s
  • een inventarisatie van de weerstandscapaciteit
  • weerstandsvermogen
  • financiële kengetallen
  • een beoordeling van de verhouding tussen kengetallen en de financiële positie.

 

Inventarisatie van de risico’s

Terug naar navigatie - Risicomanagement

Risicomanagement

Dit is een continu proces van identificeren en kwantificeren van risico’s en het bepalen van activiteiten die de kans van optreden en/of de gevolgen van risico’s beheersbaar houdt/maakt.

Terug naar navigatie - Risicomanagementbeleid

Risicomanagementbeleid

In de nota risicomanagement en weerstandsvermogen (2021) stellen we kaders voor de reikwijdte en toepassing van risicomanagement. De belangrijkste elementen uit dit beleid zijn:

  • We houden een zekerheidspercentage van 90% aan voor het berekenen van de benodigde weerstandcapaciteit.
  • We streven naar een ratio weerstandsvermogen van minimaal 1.0.
Terug naar navigatie - Risicoprofiel

Risicoprofiel

De afdelingen van de gemeente Drimmelen stellen een dynamisch risicoprofiel op. Hiervoor gebruiken we het softwareprogramma NARIS® (NAR Risicomanagement Informatie Systeem). Dit systeem inventariseert en beoordeelt risico’s. In totaal zijn er op dit moment 61 risico's die het realiseren van onze programmadoelstellingen kunnen bedreigen.

Terug naar navigatie - Risicokaart

Risicokaart

De tabel (‘risicokaart’) geeft inzicht in de spreiding van de risico’s naar kans en financieel gevolg. De nummers in de risicokaart komen overeen met de geïnventariseerde risico’s (61).

Tabel Par.A-1
Gevolg
x > € 500.000 4 1 3
€ 250.000 < x < € 500.000 3 1 2 1
€ 100.000 < x < € 250.000 2 3 6
€ 25.000 < x < € 100.000 3 4 6 7 1
x < € 25.000 6 5 2 1
Geen financiële gevolgen
10% 30% 50% 70% 90% Kans
Terug naar navigatie - Risico top 10

Risico top 10

In het overzicht hieronder ziet u de 10 risico’s die de meeste invloed hebben op het berekenen van de weerstandscapaciteit. Het invloed percentage geeft de invloed van een risico op het totale risicoprofiel weer.

Tabel Par.A-2
Risico top 10
Progr. 2022 begroting 2021 begroting 2020 rekening 2022 Kans 2022 Invloed
2 1 2 3 Nadelige gevolgen klimaatverandering. Overstromingen, wateroverlast, droogte en hitte. 50% 9.29%
3 2 1 2 Dijkverzwaring van de Mark 50% 9.29%
4 3 8 * Het begrote budget voor jeugdzorg is ontoereikend 70% 9.05%
4 4 * * Dure woningaanpassing Wmo 50% 6.52%
4 5 3 6 Overschrijding krediet renovatie zwembaden 50% 5.53%
4 6 4 4 Garantstelling verlenen aan Stichting de Wijngaerd 30% 5.49%
4 7 * 9 Insolventie van BOEI i.r.t. Sociaal Cultureel Dorpshart Made 5% 4.18%
4 8 7 * Decentralisatie beschermd wonen en maatschappelijke opvang leidt tot extra invoeringskosten 50% 2.92%
4 9 * * Landelijke herverdeling van Buig budget 30% 2.76%
3 10 10 * Bepaling doelvermogen stortplaats Zevenbergen 50% 2,57%
* = Dit risico is nieuw opgenomen
Terug naar navigatie - Totaal financieel risico

Totaal financieel risico

In het overzicht hieronder ziet u het financiële risico dat de gemeente Drimmelen loopt uitgesplitst in de top 10 en overige risico’s.

Tabel Par.A-3
Totaal financieel risico
Omschrijving 2022 begroting 2021 begroting 2020 rekening
Totaal top 10 risico's 8.436.210 5.526.210 8.710.000
Overige risico's 8.745.182 7.798.000 9.754.458
Totaal alle risico's 17.181.392 13.324.210 18.464.458
Terug naar navigatie - Toelichting totaal financieel risico

Voor het afdekken van de nu bekende risico’s is een hoger bedrag nodig dan bij de begroting 2021. Dit heeft twee belangrijke oorzaken:

  • Het risico dat het budget voor de decentralisatie van beschermd wonen en maatschappelijke opvang niet toereikend zal zijn.
  • Het risico dat de lening voor de restauratie en herbestemming van de Bernarduskerk niet meer door BOEi betaald kan worden. De gemeente zal in dat geval het verschuldigde (rest)bedrag aan rente en aflossing moeten betalen en als verlies op de gemeentelijke begroting moeten nemen.

Toelichting bij risico’s

Terug naar navigatie - Toelichting bij risico’s

De organisatie van Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang is de verantwoordelijkheid van centrumgemeente Breda die hiervoor ook de financiële middelen ontvangt. Deze verantwoordelijkheid verschuift gefaseerd naar alle gemeenten. Mensen met psychiatrische en sociaal-maatschappelijke problemen moeten zo zelfstandig mogelijk kunnen wonen.

Vanaf 2021 zijn de gemeente in regio Breda gezamenlijk verantwoordelijk voor beschermd wonen, zowel inhoudelijk als financieel. Dit betekent dat tekorten op het regionale budget door de gemeenten gezamenlijk gedragen worden, naar rato van het aantal inwoners. Voor 2021 en 2022 worden geen tekorten voorzien. De begroting/meerjarenraming is echter met grote onzekerheden omgeven. Daarom is er het risico dat het gemeentelijke aandeel in het regionale tekort hoger uitvalt.

Toelichting bij risico's

1. Nadelige gevolgen klimaatverandering. Overstromingen, wateroverlast, droogte en hitte

Door extreme buien, stijging van het oppervlaktewater en het grondwater is er kans op waterschade aan particuliere en gemeentelijke eigendommen. Door extreme droogte is er kans op schade aan panden als door uitdrogen de bodem daalt. Ook is er kans op schade aan planten en bloemen door de hitte.

2. Dijkverzwaring van de Mark

In 2018 is het waterschap Brabantse Delta begonnen met de voorbereiding van de dijkverzwaring van de Mark ter hoogte van Terheijden. Eind 2019 is er een besluit genomen over de manier waarop de dijkverzwaring plaats vindt. Het waterschap heeft aangegeven een bepaalde financiële bijdrage van de gemeente Drimmelen te willen ontvangen. Hierover zijn geen afspraken gemaakt. Het is niet onmogelijk dat een financiële bijdrage noodzakelijk is.

3. Het begrote budget voor jeugdzorg is ontoereikend als gevolg van excessen in zorgvraag

De druk op de jeugdwet is al meerdere jaren toenemend. Met het inzetten van een 'taskforce jeugd' streven we naar het doorbreken van deze trend. Ook regionaal wordt volop ingezet op transitie en kostenbeheersing. Echter hebben we te maken met het na-ijleffect van corona. Daarnaast zien we een stijging van de kosten in zorgvorm landelijke transitie arrangementen. Dit betreft dure zorgproducten waar we zeer beperkte invloed op hebben. Ook de kosten jeugdbescherming/jeugdreclassering stijgen, waarbij het aantal en de trajectduur toenemen. Het vermoeden bestaat dat deze toename samenhangt met corona en nog enige tijd zal na-ijlen. Ook de kosten van ambulante zorg stijgen. We zetten stevig in op de inkoop van ambulante zorg per 2023, omdat dit een belangrijk sturingsinstrument is. Ook kan sprake zijn van incidentele excessen in (omvang) van zorgvraag met "dure" indicaties als gevolg.

4. Dure woningaanpassing WMO

Een Wmo-cliënt heeft een uitzonderlijk dure woningaanpassing aangevraagd. Juridische procedure loopt maar de uitkomst daarvan is onzeker.

5. Overschrijding krediet renovatie zwembaden

Door de late oplevering liggen er claims van aannemers en exploitant voor extra kosten en derving van inkomsten. Er is nog geen definitieve afronding van werkzaamheden door afkeuring en geen overeenstemming van meer en minderwerk met de hoofdaannemer. Indien niet verrekenbaar vormt dit een potentieel risico. Renovatiekrediet kan nog niet worden afgesloten i.v.m. onzekerheid over de uitspraak c.q. uitkomsten van de rechtszaak tegen de hoofdaannemer. Vóór de aanvang van het nieuwe zwemseizoen 2022 moeten nog een aantal herstelwerkzaamheden plaatsvinden.

6. Activering garantstelling Stichting De Wijngaerd

De gemeenteraad besloot op 16 juli 2015 een gemeentegarantie te verlenen aan stichting de Wijngaerd. Zo kon de stichting de renovatie van haar huisvestiging en tijdelijke huisvesting financieren. Indien De Wijngaerd haar rente- en aflossingsverplichtingen jegens de geldverstrekker niet kan voldoen, volgt in de plaats stelling door de gemeente.

7. Insolventie van BOEi i.r.t. Sociaal Cultureel Dorpshart Made

De gemeenteraad heeft op 28 januari 2021 een besluit genomen over de ontwikkeling van het sociaal cultureel dorpshart Made. BOEi heeft een borgstelling van de gemeente gekregen voor een lening die zij afsluit bij de BNG voor de restauratie en herbestemming van de Bernarduskerk. Daarnaast legt de gemeente een lening door aan BOEi. Indien BOEi de lening niet meer zou kunnen betalen, zal de gemeente het verschuldigde (rest)bedrag aan rente en aflossing moeten betalen aan de BNG en als verlies op de gemeentelijke begroting moeten nemen.

8. Decentralisatie beschermd wonen en maatschappelijke opvang leidt tot extra invoeringskosten

De organisatie van Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang is de verantwoordelijkheid van centrumgemeente Breda die hiervoor ook de financiële middelen ontvangt. Deze verantwoordelijkheid verschuift gefaseerd naar alle gemeenten. Mensen met psychiatrische en sociaal-maatschappelijke problemen moeten zo zelfstandig mogelijk kunnen wonen.

De gemeenten in de regio Breda kiezen 1 januari 2021 als startdatum voor de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor beschermd wonen, zowel inhoudelijk als financieel.
De regionale begroting voor beschermd wonen in 2021 laat een tekort zien. Deze begroting is echter met veel onzekerheden omgeven. In de begroting is vooralsnog structureel een bedrag opgenomen voor de bijdrage aan het regionale tekort. Vanwege de vele onzekerheden is het risico dat het gemeentelijke aandeel in het regionale tekort hoger uitvalt.

9. Landelijke herverdeling Buigbudget

De Buig middelen worden bijna jaarlijks via een nieuwe rekenformule herverdeeld. De huidig gehanteerde formule maakt gemeente Drimmelen tot een voordeel gemeente waarbij er meer budget wordt ontvangen dan nodig is om de bijstand uitgaven te financieren. Bij een nieuwe herverdeling kan het voordeel komen te vervallen.

10. Bepaling doelvermogen stortplaats

In 2024 is het mogelijk dat de stortplaats in Zevenbergen (vanuit de GR Nazorg Gesloten Stortplaatsen) wordt overgedragen naar de provincie. Op dat moment zal opnieuw worden bepaald welk vermogen de provincie nodig heeft om de nazorg kostendekkend uit te kunnen voeren. Niet uit te sluiten valt dat zal worden geconstateerd dat het dan beschikbare vermogen ontoereikend is. In dat geval zullen de bij de GR aangesloten gemeenten een aanvullende vermogensdotatie moeten doen.

Inventarisatie van de weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Weerstandscapaciteit

De weerstandscapaciteit is het geheel aan middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn te dekken. We maken onderscheid in:

Incidentele weerstandscapaciteit

Het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van taken op het geldende niveau.

Structurele weerstandscapaciteit

De middelen die permanent kunnen worden ingezet om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de bestaande taken.

Terug naar navigatie - Benodigde weerstandscapaciteit

Benodigde weerstandscapaciteit

Op basis van de onderkende risico's is een risicosimulatie uitgevoerd. De risicosimulatie passen we toe omdat het reserveren van het maximale bedrag (€ 17,1 miljoen - zie tabel A-4) ongewenst is. De risico’s treden namelijk niet allemaal tegelijk op. In de tabel hieronder leest u de kansverdeling en de resultaten van de risicosimulatie.

Conclusie:

Het is 90% zeker dat alle risico's kunnen worden afgedekt met een bedrag van € 3,8 miljoen (begroting 2020: 3,3 miljoen).

Tabel Par.A-4
Statistieken Waarde
Minimum 455.397
Maximum 7.994.859
Gemiddeld 2.705.069
Absolute maximum 17.181.392
Zekerheids-percentage Bedrag
10% 1.684.741
25% 2.083.181
50% 2.588.066
75% 3.172.774
80% 3.334.735
90% 3.828.343
95% 4.370.869
99% 5.654.154
Terug naar navigatie - Beschikbare weerstandscapaciteit

Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare middelen om de risico’s op te vangen, noemen we weerstandscapaciteit. We maken onderscheid tussen incidentele en structurele weerstandscapaciteit.

Tabel Par.A-5
Beschikbare weerstandscapaciteit bedragen x € 1.000
Omschrijving 2020 rekening 2021 begroting 2022 begroting 2023 begroting 2024 begroting
Incidentele weerstandscapaciteit (in vermogen) 13.600 11.353 12.801 12.326 12.544
Algemene reserve 13.237 11.271 11.522 11.522 11.856
Algemene dienst 11.748 10.871 10.237 10.237 10.237
Grondbedrijf 1.489 400 1.285 1.285 1.619
Bestemmingsreserve
Reserve bovenwijkse voorzieningen Grondbedrijf 82 82 82 82 82
Stille reserve (besloten te incasseren) - - - - -
Resultaat 282 00 1.197 722 606
Structurele weerstandscapaciteit (in exploitatie) 2.473 2.274 2.734 2.734 2.734
Onbenutte belastingcapaciteit 2.473 2.269 2.729 2.729 2.729
Onvoorzien - 05 05 05 05
Totale weerstandscapaciteit 16.073 13.627 15.535 15.060 15.278

Weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen

Weerstandsvermogen

Het weerstandsvermogen geeft de relatie aan tussen de risico’s waar geen maatregelen voor zijn getroffen of waar na het treffen van maatregelen nog restrisico’s overblijven en de capaciteit die een gemeente heeft om die niet begrote kosten op te vangen. 

 

De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit, kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.

 

Tabel Par.A-6
Ratio weerstandsvermogen
Omschrijving 2020 rekening 2021 begroting 2022 begroting
Beschikbare weerstandscapaciteit 16.072.818 13.839.746 15.534.733
Benodigde weerstandscapaciteit 4.438.339 3.296.181 3.828.343
Ratio weerstandsvermogen 3,62 4,20 4,06

 

Om het weerstandsvermogen te beoordelen gebruiken we waarderingstabel A7. Een algemeen aanvaarde norm voor de hoogte van het weerstandsvermogen is er niet. Gemeente Drimmelen wil zo weinig mogelijk risico lopen en zolang het financieel verantwoord is risico’s afdekken. Dit betekent dat een we een weerstandsvermogen nastreven dat ten minste voldoende is. Dit betekent een ratio weerstandsvermogen van minimaal 1,0 (minimaal waarderingscijfer C).

De ratio van de gemeente Drimmelen valt in de voorliggende begroting met 4,1 in klasse A. Dit betekent een uitstekend weerstandsvermogen. De hoogte van de ratio houdt in dat op dit moment geen beheersmaatregelen nodig zijn.

 

Tabel Par.A-7
Waarderingscijfer Ratio Betekenis
A >2.0 uitstekend
B 1.4-2.0 ruim voldoende
C 1.0-1.4 voldoende
D 0.8-1.0 matig
E 0.6-0.8 onvoldoende
F <0.6 ruim onvoldoende

Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële kengetallen

Financiële kengetallen

(en beoordeling van de onderlinge verhouding tussen deze kengetallen in relatie tot de financiële positie)

Bij de vernieuwing van de BBV is, op basis van advies van de commissie Depla, voorgeschreven dat er in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing een verplichte basisset van vijf financiële kengetallen moet worden opgenomen.

Naast de kengetallen wordt een beoordeling van de onderlinge verhouding van de kengetallen in relatie tot de financiële positie opgenomen. De invoering van de kengetallen is voornamelijk bedoeld om de financiële positie voor raadsleden inzichtelijker te maken. De kengetallen hebben geen functie als normerings-instrument in het kader van financieel toezicht.

De vijf kengetallen zijn:

  1. Schuldquote:
    1. netto schuldquote;
    2. netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen;
  2. Solvabiliteitsratio;
  3. Grondexploitatie;
  4. Structurele exploitatieruimte en
  5. Belastingcapaciteit.
Begroting 2022
Kengetallen Verloop van de kengetallen
Rekening 2020 Begroting 2021 Begroting 2022 Begroting 2023 Begroting 2024 Begroting 2025
1a. Netto schuldquote 25% 61% 59% 69% 56% 54%
1b. Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 23% 59% 57% 67% 55% 52%
2. Solvabiliteitsratio 56% 42% 42% 41% 44% 46%
3. Kengetal grondexploitatie 1% 0% 1% 1% 1% 1%
4. Structurele exploitatieruimte -7% -7% 1% 1% 1% 1%
5. Belastingcapaciteit 104% 97% 83% 92% 92% 93%

Een korte toelichting op de kengetallen:

1a. Netto schuldquote

De netto schuldquote weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie. Een netto schuldquote tussen de 0% en 90% wordt gezien als minst risicovol. De begrote netto schuldquote in 2022 is 59%. De netto schuldquote van de gemeente Drimmelen is relatief laag maar stijgt ten opzichte van het niveau uit 2020 en eerder.

1b. Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

Om inzicht te krijgen in hoeverre sprake is van doorlenen, wordt de netto schuldquote weergegeven (netto schuld gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen). Op die manier wordt duidelijk in beeld gebracht wat het aandeel van de verstrekte leningen is en wat dit betekent voor de schuldenlast. Voor deze schuldquote wordt dezelfde criteria gehanteerd als de netto schuldquote.
De netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen is eveneens relatief laag maar stijgend ten opzichte van het niveau uit het verleden.

2. Solvabiliteitsratio

Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Onder de solvabiliteitratio wordt verstaan het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Het eigen vermogen bestaat uit reserves en het resultaat van baten en lasten. Een solvabiliteitsratio tussen de 20% en 50% wordt gezien als risico neutraal. Een ratio boven de 50% wordt aangemerkt als minst risicovol. Meerjarig voorziet de gemeente een ratio met neutraal risico dat daalt ten opzichte van het niveau van 2020.

3. Kengetal grondexploitatie

Grondexploitaties kunnen een forse impact hebben op de financiële positie van een gemeente. De boekwaarde van de grond is van belang, omdat deze terugverdiend moet worden bij de verkoop. Boekwaarden worden afgezet tegen de totale baten. Een grondexploitatie van 20% of lager wordt beschouwd als minst risicovol.
Het kengetal voor de grondexploitatie van de gemeente Drimmelen is met 1% laag. Dit is positief.

4. Structurele exploitatieruimte

Voor de beoordeling van het evenwicht van de begroting wordt er ook gekeken naar de structurele en incidentele lasten en baten. Voorbeeld van structurele baten zijn de algemene uitkering en eigen belastinginkomsten. Bij structurele lasten zijn dat bijvoorbeeld personeelslasten, kapitaallasten en bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen. Een begroting waarvan de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten is dan ook meer flexibel dan een begroting waar bij de structurele baten en lasten in evenwicht zijn. De meerjarig begrote structurele exploitatieruimte van de gemeente Drimmelen ligt vanaf 2022 tot en met 2025 op 1%, waarmee dit kengetal zich sterk verbetert ten opzichte van eerdere jaren. De gemeente Drimmelen verwacht dat de structurele lasten afgedekt kunnen worden met structurele baten. 

5. Belastingcapaciteit

De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Het Coelo publiceert deze lasten jaarlijks. Bij de berekening van het kengetal worden de gemeentelijke woonlasten afgezet tegen het landelijk gemiddelde. De totale woonlasten van de gemeente Drimmelen liggen naar verwachting lager dan het landelijk gemiddelde. Wat inhoudt dat er ten opzichte van dit landelijk gemiddelde ruimte is om de lokale belastingen te verhogen. Dankzij een grotere inzet van de daarvoor bedoelde voorzieningen riolering en afvalstoffenheffing ontstaat er vanaf 2022 meer ruimte in de belastingcapaciteit.

Beoordeling van de onderlinge verhouding tussen de kengetallen in relatie tot de financiële positie

De kengetallen zullen altijd in samenhang moeten worden bezien, omdat ze alleen gezamenlijk en in hun onderlinge verhouding een goed beeld kunnen geven van de financiële positie van een gemeente. Geconcludeerd kan worden, dat de financiële positie van de gemeente Drimmelen in 2022 in zekere mate verbetert t.o.v. de begrote positie in 2021, in het bijzonder als het gaat om het kengetal structurele exploitatieruimte.