D. Financiering

Treasuryfunctie: Taken en Beleid

Terug naar navigatie - Treasuryfunctie: Taken en Beleid

De Treasury functie is ondergebracht bij de afdeling Financiën.
Een Treasury functie bij de gemeente Drimmelen gaat over het beheer van geld en het omgaan met financiële risico's. 
De persoon die deze functie vervult, zorgt ervoor dat de gemeente goed met haar geld omgaat.
De belangrijkste taken van de treasurer zijn:
•    Geldbeheer
•    Leningen en beleggingen
•    Risico's beheren
•    Budget en Planning
•    Rapporteren
•    Wet- en Regelgeving
•    Advies geven.

Geldbeheer: Bij geldbeheer zorgt de treasurer dat er genoeg geld op de bankrekening van de gemeente staat om rekeningen te betalen en dat het geld goed wordt beheerd.
Leningen en beleggingen:  De treasurer zorgt voor het lenen van geld voor projecten van de gemeente, beheert de schulden en zorgt ervoor dat leningen op tijd worden terugbetaald. Beleggen doet de gemeente Drimmelen op dit moment niet.
Risico's beheren: Een andere taak is het zorgen dat de gemeente goed omgaat met risico's, zoals veranderingen in rente of geld dat niet op tijd binnenkomt. Hierbij is een goede planning van belang om risico's zo klein mogelijk te houden.
Budget en planning: Een treasurer helpt bij het maken van de jaarlijkse begroting door te kijken hoeveel geld er is en hoeveel geld er nodig is. Een zo geheten Liquiditeitsplanning. Daarnaast zorgt hij dat de gemeente zich houdt aan de begroting.
Rapporteren: Verslag uitbrengen aan het gemeentebestuur over hoe het met financiën gaat is ook een belangrijk taak voor een treasurer. Hij zorgt ervoor dat het voor iedereen duidelijk is wat er met het geld van de gemeente gebeurt.
Wet- en Regelgeving: Een andere taak is ook dat de gemeente zich houdt aan alle wet en regelgeving. Dit doet de gemeente Drimmelen door iedere 4 jaar een eigen Treasury statuut op te stellen, met daarin alle kaders waarbinnen de treasurer zijn taken moet uitvoeren.
Advies geven: Als laatste geeft de treasurer advies aan de gemeenteraad en het bestuur over financiële beslissingen.

Het financieringsbeleid van de gemeente Drimmelen schrijft voor dat we bij een normale rentestructuur maximaal gebruikmaken van financieringen met een korte looptijd.
Het rentetarief op kortlopende leningen is doorgaans veel lager dan bij langlopende leningen.
Daarbij neemt de gemeente de wettelijke kaders voor renterisicobeheer in acht, zoals het kasgeldlimiet en renterisiconorm.

Renteverwachtingen

Terug naar navigatie - Renteverwachtingen

De renteverwachtingen voor Nederland en de eurozone in het algemeen worden sterk beïnvloed door het monetair beleid van de Europese Centrale Bank (ECB).
Naar verwachting zullen de rentetarieven vanaf 2025 geleidelijk dalen, maar ze zullen waarschijnlijk hoger blijven dan de niveaus van vóór 2022.
De ECB heeft de rente vanaf 2022 fors verhoogd om de hoge inflatie tegen te gaan, die deels werd veroorzaakt door de nasleep van de COVID-19-pandemie en de oorlog in Oekraïne.
Aangezien de inflatie naar verwachting in de komende jaren onder controle komt, wordt er verwacht dat de ECB de rente langzaam zal verlagen.
Echter, de rente zal waarschijnlijk niet terugkeren naar de historisch lage niveaus die we eerder zagen, omdat de ECB prijsstabiliteit (rond 2% inflatie) nastreeft en ook rekening houdt met andere economische risico's.
De rente kan rond de 3-4% blijven schommelen, afhankelijk van hoe de economie zich ontwikkelt en hoe snel de inflatie terugkeert naar het doel van 2%
Voor de begroting 2025 zijn wij uitgegaan van een gemiddelde rente van 4% op zowel kortlopende geldleningen, als nieuwe langlopende geldleningen.

Financieringsbeleid

Terug naar navigatie - Financieringsbeleid

De rente die we in de toekomst moeten betalen, is belangrijk voor ons financieringsbeleid. Dit hangt af van de rente op de geld- en kapitaal markt.
Op de geldmarkt trekt de gemeente kortlopende leningen aan met een maximale looptijd van 1 jaar. Op de kapitaalmarkt  trekt de gemeente langlopende leningen aan met een looptijd van meer dan 1 jaar.
De gemeente zorgt ervoor dat niet alle langlopende schulden op hetzelfde moment aflopen. Dit helpt om het renterisico te verminderen.
In 2025 ramen we een financieringsbehoefte van € 1,25 miljoen aan kortlopende financieringsmiddelen gedurende het jaar met een rentelast van ongeveer € 50.000 euro. We zullen naar verwachting € 20,34 miljoen langlopende financieringsmiddelen aantrekken met een rentelast van ongeveer € 1,6 miljoen euro. Van de nieuw aan te trekken langlopende leningen zal € 1,8 miljoen een vervangingslening zijn en € 10,34 miljoen euro zal aangetrokken worden voor de bouw van de nieuwe IKC de Stuifhoek, waarvan €1,5 miljoen nog in 2024 aangetrokken zal worden.

Geldleningen en garanties

Terug naar navigatie - Geldleningen en garanties

De gemeente heeft zoals de in de jaarrekening 2023 te lezen was een €31,3 miljoen euro aan langlopende geldleningen openstaan.
De verwachting is dat in Q4 2024 een nieuwe langlopende geldlening aangetrokken dient te worden van minimaal €5 miljoen euro, hierin zit €1,5 miljoen voor het project de nieuwe IKC de Stuifhoek.
Ook is de verwachting dat in 2025 opnieuw een langlopende geldlening aangetrokken moet worden van minimaal €10 miljoen euro en nogmaals € 8,8 miljoen euro voor de bouw van de nieuwe Stuifhoekschool.
Na alle aflossingen zal naar verwachting de totale langlopende schuld van de gemeente uitkomen op € 47  miljoen euro per 31-12-2025.

De gemeente Drimmelen staat garant voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die zijn aangevraagd door organisaties, instellingen of verenigingen, op voorwaarde dat hun activiteiten in lijn liggen met de taken van de gemeente, ook wel borgstelling genoemd. Deze borgstellingen zijn voornamelijk gericht op woningbouwverenigingen en sportverenigingen. De gemeente Drimmelen fungeert als achtervang voor het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) bij borgstellingen voor de woningbouwvereniging.

Het WSW staat garant voor de rente- en aflossingsverplichtingen van de deelnemers. Met de garantie van het WSW kunnen de deelnemers (corporaties) gunstige leningen op de kapitaalmarkt aantrekken. Het WSW heeft door toonaangevende kredietbeoordelaars de Triple A rating gekregen. De eventuele verplichtingen die voortvloeien uit de garanties worden gedekt door het risicovermogen en de obligoverplichtingen van WSW-deelnemers. Als het risicovermogen van het WSW ontoereikend is, worden de obligoverplichtingen bij de deelnemers opgevraagd. Als het risicovermogen (inclusief ontvangen obligo) vervolgens onder de 0,25% van het garantievolume daalt, treedt de achtervangpositie van het Rijk en de betrokken gemeente in werking.
Het WSW beoordeelt de financiële positie van corporaties bij elke leningsaanvraag en verleent alleen leningen als de corporatie voldoende vermogensdekking heeft. Jaarlijks screent het WSW samen met het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) alle corporaties financieel, namens het ministerie. Vanaf 1 augustus 2021 wordt de achtervangpositie voor leningen toegerekend aan gemeenten op basis van de marktwaarde van het Diensten van Algemeen Economisch Belang bezit (DAEB-bezit) van corporaties in de gemeenten. Dit betreft voornamelijk sociale huurwoningen.
Alle borgstellingen van woningstichtingen in de gemeente Drimmelen worden opgenomen in de overzichten van het WSW. Het nieuwe kapitaalbeleid, inclusief het aangaan van obligoleningen, is geïmplementeerd in het najaar van 2021. De obligoleningen van de deelnemers zijn opgenomen in het overzicht van 'gewaarborgde geldleningen'. In 2025 is de verwachting dat ongeveer € 2,5 miljoen euro aan borgstellingen aan de WSW wordt afgelost. Daarnaast is de verwachting dat er geen nieuwe gewaarborgde leningen zullen worden verstrekt. Dit maakt de het totaal aan borgstellingen aan de WSW verstrekt door de gemeente Drimmelen aan het eind van 2025 naar verwachting uit zal komen op ongeveer € 88,69 miljoen euro. Het totaal openstaande bedrag aan borgstellingen aan zowel Zorginstellingen, Woningbouwverenigingen, Sportverenigingen en de WSW zal uitkomen op € 90,47 miljoen euro.
Het beleid van de gemeente Drimmelen is als volgt:
Er worden geen gemeentegaranties verleend voor geldleningen aan derden zoals stichtingen en verenigingen, tenzij:
• het gaat om de herfinanciering van bestaande leningen waarvoor eerder een gemeentegarantie is verleend.
• het geldleningen betreft voor sportverenigingen of welzijns- en zorginstellingen. Deze specifieke geldleningen worden apart beoordeeld.

Renterisicobeheer

Terug naar navigatie - Renterisicobeheer

De Wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) zorgt ervoor dat een gemeente niet te veel renterisico mag nemen in één jaar. Deze regels komen terug in de kasgeldlimiet (voor leningen met een looptijd tot 1 jaar) en de renterisiconorm (voor leningen met een looptijd vanaf 1 jaar). De Wet FIDO helpt de gemeente om veilig en goedkoop te lenen. Beide normen zijn afhankelijk van de grootte van de begroting.

Kasgeldlimiet

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet

Een gemeente mag maximaal 8,5% van haar totale begroting lenen met kortlopende leningen. De kasgeldlimiet bedraagt € 6,6 miljoen voor 2025.  In de afgelopen jaren was de rente erg laag, en dat was voordelig voor kortlopende leningen. In de periode tussen 2022 en 2024 steeg de rente gestegen tot ongeveer 4%. Voor de begroting 2025 is gerekend met 4% rente voor nieuwe leningen. De stijging van de rente op de geldmarkt zorgt ervoor dat de gemeente meer rente moet betalen. Daarom stijgt het renteomslagpercentage van 0% naar 1,0% in 2025.

De omslagrente is een interne renteberekening die geen invloed heeft op de werkelijke, extern te betalen rente. Een wijziging in de rekenrente leidt dus alleen tot een intern renteverschil en een herverdeling van kosten. Wanneer de rekenrente relatief hoog is, wordt er veel rente toegerekend aan investeringen, wat nadelig kan zijn. Dit kan resulteren in een overschot dat vervolgens wordt gebruikt voor de begroting. Bij een lage rekenrente wordt er juist weinig rente aan investeringen toegerekend, wat gunstig lijkt, maar het kan leiden tot een tekort. Dit tekort moet dan worden aangevuld vanuit de rentereserve of, als die op is, uit de algemene reserve.

In 2024 hanteerde de gemeente Drimmelen nog geen renteomslag percentage omdat de commissie BBV voorschrijft dat wanneer het omslagpercentage onder de 0,5% blijft van de totale begroting geen toerekening van rente nodig is. Het doel van het hanteren van een vaste omslagrente is om zo veel mogelijk stabiliteit in de begroting te creëren op de lange termijn. De belangrijkste elementen van de omslagberekening zijn:
•    De boekwaarde van de activa;
•    De inkomensreserve;
•    De reserve voor activa met economisch nut*;
•    De rentereserve.

*De reserve voor activa met economisch nut is eigenlijk een correctie op een economische fout waarbij activa, die een economisch nut hebben, zijn betaald met strategische investeringsmiddelen zonder rekening te houden met rente en afschrijving.

Renterisiconorm

Terug naar navigatie - Renterisiconorm

De renterisiconorm is 20% van de totale begroting. De renterisiconorm bedraagt € 15,6 miljoen voor 2025.  Dit betekent dat maximaal 20% van de langlopende schulden kan veranderen door renteherziening. De norm zorgt ervoor dat de gemiddelde looptijd van de schulden minimaal 5 jaar is. Dit helpt om het renterisico te verminderen.
De renterisiconorm wordt in de komende jaren niet overschreden. Dit komt doordat veel van onze leningen langlopend zijn. Meer dan 40% van de leningen (voor gemeentelijke investeringen) loopt 30 jaar of langer. Veel van deze leningen hebben een vaste rente en worden niet afgelost. Daarom zijn de jaarlijkse aflossingen laag.
In 2025 vervalt een lening van € 3 miljoen euro  aan langlopende schulden. We verwachten in 2025 € 20,34 miljoen euro aan nieuwe langlopende leningen aan te trekken.

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

Sinds eind 2013 moeten gemeenten hun extra geld op een rekening bij het Rijk zetten. Dit heet schatkistbankieren. Gemeenten hebben soms meer geld dan ze direct nodig hebben, en dat geld wordt dan tijdelijk bij het Rijk bewaard. Vanaf 1 juli 2021 is het bedrag dat gemeenten zelf mogen houden, verhoogd tot 2% van hun begroting. Voor onze gemeente betekent dit dat we in 2025 ongeveer € 1,5 miljoen op de spaarrekening mogen hebben staan. We gebruiken de rekening bij het Rijk alleen voor het bewaren van tijdelijk extra geld. Dit gebeurt automatisch wanneer we meer geld hebben dan nodig.

Treasuryresultaat

Terug naar navigatie - Treasuryresultaat

Het Treasuryresultaat over 2025 zal naar verwachting op € 360.765 negatief uitkomen. We rekenen niet de volledige rentelast toe aan de taakvelden (de vaste activa), wat resteert tot een negatief resultaat.

Tabel Fin-Tr1
Rentelasten en -baten 2025 Rente % Bedrag
Rente vaste schulden: opgenomen geldleningen t.b.v. de gemeente 3,34% 681.811
Rente vaste schulden: opgenomen geldleningen t.b.v. de woningbouwcorporaties 0
Rente nieuwe langlopende financiering (2024/2025) 4,00% 953.600
Rente nieuwe kortlopende financiering (2024) 4,00% 50.000
Overige financieringslasten (saldo) 0
Totaal rentelasten 1.685.411
Externe rentebaten: uitgegeven geldleningen aan de woningbouwcorporaties 0
Externe rentebaten: uitgegeven geldleningen aan overige instellingen 1,88% 116.952
Totaal rentebaten 116.952
Saldo rentelasten minus -baten 1.568.459
Rentelast over eigen vermogen (reserves) 0
Rentelast over voorzieningen 0
Saldo rentelasten over eigen vermogen en voorzieningen 0
Totaal toe te rekenen rentelast 1.568.459
Toe te rekenen aan grondexploitaties 2,00% 355
Resteert toe te rekenen aan taakvelden (vaste activa) 1.568.104
De toegerekende rente aan taakvelden via renteomslag 1,00% 1.207.339
Resultaat treasury -360.765