Samenvatting

In deze samenvatting leest u de belangrijkste beleidsvoornemens uit de vier lokale programma’s en hoe we die beleidsvoornemens financieel dekken. Vervolgens staan we stil bij opvallende ontwikkelingen in de paragrafen die het BBV verplicht stelt, van weerstandsvermogen tot en met grondbeleid. Als laatste geven we u inzicht in de ontwikkeling van de financiële positie van de gemeente.


Programma 1: Burger en bestuur

Veiligheid
Het college zet de komende bestuursperiode in op behoud van een leefbare en veilige samenleving, waarbij we als gemeente in verbinding staan met onze dorpen. We denken samen met onze inwoners na over veiligheidsvraagstukken en oplossingen. Onze BOA’s handhaven samen met de politie, de veiligheid in situaties waarin dat wordt gevraagd.
De gemeente is alert op ondermijning en witwaspraktijken. We zetten het regionaal BIBOB-beleid en de Brabantse norm voor een weerbare overheid in. De uitkomsten van de pilot met cameratoezicht in Terheijden zullen worden geëvalueerd op mogelijkheden om cameratoezicht te verbreden. Kinderen en jongvolwassenen worden via scholen, verenigingen en jeugdwerkers voorgelicht over drugsgebruik. 

Dienstverlening en samenwerking met de inwoners
De steeds lagere opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen maakt het noodzakelijk dat het college en ambtenaren meer investeren in de relatie met inwoners.
De nieuwe website van de gemeente is voor iedereen toegankelijk en bevat heldere taal. Het participatiebeleid wordt uitgewerkt in een denk- en werkwijzer en uitgeschreven in een participatieverordening. Aan het dienstverleningsconcept worden servicenormen en een uitvoeringsplan verbonden.

Levendige dorpen
Om sociale structuren te herstellen die in de Coronaperiode zijn beschadigd, moet de sociale samenhang van onze dorpen worden versterkt.
Afhankelijk van het moment waarop De Bernardus op het energienet kan worden aangesloten, zal dit nieuwe sociaal-cultureel centrum in gebruik worden genomen en De Mayboom worden gesloopt. Ook zal een deel van het plangebied woonrijp worden gemaakt en zullen als eerste woningen aan de Patronaatstraat worden opgeleverd. 
In overleg met bewoners en bedrijven zal een visie op de toekomstige ontwikkeling van Lage Zwaluwe worden gepresenteerd. Begin 2024 zal daarnaast gestart worden met het opstellen van een soortgelijke visie voor Wagenberg. 

Programma 2: Openbare ruimte

Natuur en groen
In Drimmelen hebben we veel mooie natuur. Toch is meer aandacht vereist voor biodiversiteit, het creëren van groenplekken met dorpsbosjes en voor het aan kinderen meegeven van liefde voor de natuur. 
We brengen de ambitieniveaus uit het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie in praktijk om zo hittestress te beperken. We zullen een nieuw biodiversiteitplan opstellen om de natuur en het landschap te verbeteren om vervolgens het plan uit te voeren. Ook zal de gemeente Drimmelen een plan opstellen voor een toeristisch-recreatieve inrichting van het gebied tussen het Gat van den Ham en Drimmelen. 

Verkeer en inrichting openbare ruimte
Iedereen die in Drimmelen woont, werkt of recreëert moet zich op een verkeersveilige manier kunnen verplaatsen. 
In Hooge Zwaluwe leggen we een bypass ter hoogte van de Zoutendijk-Horenhilsedijk aan, inclusief een fietsveilige verbinding tussen de Wagenbergsestraat en de Zwaluwseweg. Natuurcompensatie vindt in Drimmelen plaats. 
In Terheijden wordt begonnen met het fietsveilig maken van de Zeggelaan en in Made met het voorbereiden van de aanleg van een verkeersrotonde ter hoogte van de Godfried Schalkenstraat en Haasdijk. Overal in de kernen zorgen we voor veilige fiets- en looproutes naar scholen en sportverenigingen.
In Drimmelen zijn camera’s geplaatst om te kunnen beoordelen of De Batterij volledig voor vrachtverkeer kan worden afgesloten. De uitkomsten van het cameratoezicht zullen worden gebruikt om te beslissen of dit toezicht ook elders in de gemeente moet worden toegepast.

Water
De samenwerking met de gemeenten Geertuidenberg, Altena, Oosterhout en de waterschappen Brabantse Delta en Rivierenland (We4Climate) zetten we voort. Het uitvoeringsprogramma van het  DeltaPlan Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) krijgt steeds meer vorm. Binnen Drimmelen zullen we ook concrete oplossingen zien, namelijk: meer schaduw (tegen hittestress), minder water op straat (om hemelwateroverlast te verminderen), waar mogelijk hemelwater afkoppelen en infiltreren in de bodem (om droogte tegen te gaan) en dijkverzwaringen in Terheijden en langs de Amer (voor waterveiligheid). In het kader van waterveiligheid kijken we steeds kritischer naar de ontwikkeling van toekomstbestendige woongebieden.  

Programma 3: Ruimte, wonen, duurzaamheid en economie

Woningbouw
Nederland staat voor een grote woningbouwopgave en dit geldt ook voor Drimmelen. In de komende bestuursperiode bouwen we 800 woningen in alle kernen en in alle prijsklassen, met het Programma Wonen als basis.
We bouwen duurzame, betaalbare, energie neutrale en natuur inclusieve woningen. In Hooge Zwaluwe worden de ruimtelijke procedures zo spoedig mogelijk opgestart om woningbouw mogelijk te maken. 
In 2024 zal de bouw van 317 woningen van start gaan. Het college zal de raad ieder halfjaar informeren over de voortgang van alle woningbouwprojecten door middel van een brief. We blijven de regeling voor het verstrekken van duurzaamheids- en startersleningen voortzetten.
Een actiever grondbeleid zal helpen bij het versnellen van de woningbouwopgave. Nadat de nieuwe nota Grondbeleid in 2023 door de raad is behandeld, ontstaat de mogelijkheid om actiever te sturen op projecten en waar nodig zelf gronden te verwerven. Zo kunnen we invloed uitoefenen op woningdiversiteit, maatschappelijke doelen en duurzaamheid. We onderzoeken tevens de mogelijkheden om inwoners uit onze eigen gemeente voorrang te geven op nieuwbouwprojecten.  In samenwerking met Woonvizier maken we plannen voor de herstructurering van oude woningen ten behoeve van starters en senioren. Bovendien zullen we voldoen aan de provinciale taakstelling voor de huisvesting van statushouders en leveren we ons eerlijke deel in de huisvesting van Oekraïense vluchtelingen en asielzoekers. 
De Omgevingswet treedt op 1 januari 2024 in werking. We zullen de toepassing van de wet in Drimmelen evalueren en indien nodig aanpassingen doorvoeren.

Duurzaamheid
Duurzaamheid, minder afval en nieuwe energie staan hoog op de agenda. Het college streeft naar een succesvolle overgang naar een duurzame samenleving, met aandacht voor zowel technische als sociale aspecten. Hierbij verliezen we de mensen niet uit het oog die steun nodig hebben bij de lokale duurzaamheidsopgave. 
Het programma Duurzaamheid biedt richtlijnen. De 'Duurzame Big Five' vraagt aandacht voor energietransitie, duurzaam ondernemen en circulariteit, klimaatadaptatie, natuur en biodiversiteit en duurzame mobiliteit. Rijksmiddelen voor de energietransitie worden specifiek toegewezen aan personele capaciteit en de uitvoering van de transitie.
De goedkeuring van de Transitie Visie Warmte door de raad opent de weg naar het aardgasvrij maken van de bebouwde omgeving. Daarom worden uitvoeringsplannen voor wijken in Hooge Zwaluwe en Terheijden opgesteld, met bijzondere aandacht voor het voorkomen van energiearmoede. We maken gebruik van de middelen uit het Nationaal Isolatieprogramma om eigenaren van slecht geïsoleerde  woningen te ondersteunen bij het isoleren van hun woning. 
De opbrengsten uit de windmolens langs de A16 worden ondergebracht in een fonds. Samen met de stichting Energietransitie Drimmelen maken we afspraken over gebruik van dit fonds voor de verduurzaming van wijken.
Wij zullen de opgaven uit de Regionale Energiestrategie West-Brabant 1.0 afronden, met als doel om eind 2024 versie 2.0 te kunnen presenteren.
Om duurzaamheid te blijven bevorderen, zetten we het regionaal energieloket voor inwoners en bedrijven voort. We organiseren jaarlijks minstens twee collectieve (inkoop)acties voor inwoners, continueren we de inzet van de klusbus en blijven we de inzet van energieambassadeurs en lekcheckers faciliteren. Bovendien verlengen we de subsidieregeling Groene Daken.  Samen met Woonvizier werken we aan prestatieafspraken voor de verduurzaming van de woningvoorraad van Woonvizier. 
Tot slot komen we tot een toepassing van zonnevelden binnen onze gemeente die past binnen de kaders die de Raad van State heeft gegeven.

Economie, recreatie en toerisme
De economie van Drimmelen moet bloeiend en sterk lokaal verbonden zijn. Drimmelen moet zich verder ontwikkelen als recreatiegemeente met als aantrekkelijke pijlers de Biesbosch, de Zuiderwaterlinie en ons vitale platteland.
De groene kop van de haven in Lage Zwaluwe wordt omgevormd tot een aantrekkelijk recreatiegebied met een uitkijkpunt over de Biesbosch. Ook in Drimmelen komt een vergelijkbaar uitkijkpunt.
De planologische procedures voor het bedrijventerrein aan de Thijssenweg in Wagenberg worden doorlopen en de mogelijkheden van bedrijvigheid in de Louisepolder worden opgenomen in de visie op de Lage Zwaluwe. Ook doen we onderzoek naar de uitbreiding van het bedrijventerrein in de Brieltjenspolder. 
We voeren intensieve gesprekken met belanghebbenden over de duurzame ontwikkeling van het buitengebied, met aandacht voor ontwikkelingsmogelijkheden voor agrarische bedrijven. Ook nemen we deel aan gebiedsgerichte initiatieven om stikstofuitstoot in het Natura 2000-gebied de Biesbosch te verminderen. In Terheijden zetten we ons in om het cultuurhistorisch karakter van de haven te behouden en de Kleine Schans te voorzien van een aantrekkelijke entree. De veerverbinding die Drimmelen, Altena en Geertruidenberg verbindt, wordt structureel in de vaart gebracht. Tevens wordt het Beverpad verlengd in de richting Lage Zwaluwe. 
Op beleidsmatig gebied werken we aan een integrale uitvoeringsprogramma als vervolg op de nota Economie en de nota Vrijetijdseconomie. De nieuwe nota Evenementenbeleid zal inspelen op de wens om grootschalige evenementen meerjarig te vergunnen.

Programma 4: Sociaal Domein

Onderwijs, jeugd en gezondheid
Het college zet zich in voor kwalitatief goed onderwijs, met scholen die goed geventileerd zijn en groene schoolpleinen hebben. In het onderwijs streven we naar gelijke kansen voor leerlingen en scholieren en dat geldt ook voor hun deelname aan de activiteiten georganiseerd door jongerenwerkers en buurtsportcoaches. Gezondheid is een belangrijk thema, zowel binnen als buiten het sociaal domein.
Tegen het einde van het schooljaar 2025/2026 zullen alle scholen in Drimmelen voldoen aan de binnenklimaatnorm Frisse Scholen B (goed) en waar mogelijk zelfs A (uitmuntend). De beslissingen hieromtrent worden genomen in 2024 als onderdeel van het Integraal Huisvesting Programma. Dit programma zal ons tevens informeren over de nodige stappen om het Dongemond College voor Made te behouden tot 2040.
In 2024 wordt gestart met de bouw van een energieneutraal Integraal Kindcentrum (IKC) De Stuifhoek, met als doel om het nieuwe gebouw in het vierde kwartaal van 2025 in gebruik te nemen. 
De landelijke hervormingsagenda jeugd heeft invloed op onze regionale en lokale gemeenschap. Nadat gemeenteraden in 2022 een visie op de regionale jeugdzorg hadden vastgesteld, zijn er in 2023 in regionaal verband zowel een strategieplan als een uitvoeringsplan opgesteld. Een nog op te richten gemeenschappelijke regeling zal zorg dragen voor een effectieve regionale jeugdzorg. Het actualiseren van het jeugd- en jongerenbeleid zal onderdeel uit gaan maken van het integrale beleidsplan, dat voor het sociaal domein zal worden opgesteld en datzelfde geldt ook voor het nieuwe gezondheidsbeleid. Verenigingen die actief aan voorlichting over en preventie van drugsgebruik doen, krijgen extra subsidie.  Ook in 2024 werken het CJG en het onderwijs samen en verstevigen we het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) om lange wachtlijsten te voorkomen; conform het coalitieakkoord en met dekking vanuit de middelen die eerder door het Rijk zijn toegezegd.

Participatie en schuldenproblematiek
Iedereen heeft recht op een sociaal minimum. Het Rijk moet daar in voorzien, maar ook lokaal kunnen we hierin bijdragen door oog te hebben voor nieuwe vormen van armoede zoals energiearmoede. Daarbij leggen we de verbinding tussen verschillende beleidsgebieden.
Het college wil dat iedere inwoner voelt dat hij of zij er écht toe doet en mee kan doen. Met een gemeente brede visie op dienstverlening is de gemeente optimaal toegankelijk om te ondersteunen als de zelfredzaamheid van inwoners onder druk komt te staan. Zorg blijft bereikbaar voor wie dat nodig heeft, maar tegen misbruik wordt opgetreden. We blijven mensen uitdagen om zoveel mogelijk mee te doen in de samenleving en breiden daarom de tegenprestatie naar vermogen uit, waarbij de totale belastbaarheid op 32 uur per week is gesteld. Schuldhulpverleners hebben aandacht voor mentale problemen en verwijzen inwoners door naar specialistische hulp als dat nodig is. Bij problematische schulden zorgen we voor een adempauze van drie maanden en bij meervoudige problematiek organiseert een procesregisseur passende ondersteuning.

Sociale structuur, sport en zorg 
De zorgvraag op alle zorgterreinen neemt toe. Het moment is aangebroken om meer te investeren in onze sociale structuur, het voorliggend veld. Meer en hogere subsidies voor onze verenigingen, regelingen om gezondheid, bewegen en sport te stimuleren en vernieuwde afspraken met onze welzijnsinstellingen. Dorpshuizen vervullen een cruciale functie in het behoud en het versterken van de sociale structuur. 
Een inclusieve samenleving en toegankelijkheid van voorzieningen gelden voor iedereen. Bij al het gemeentelijk beleid toetsen we of er fysieke of mentale drempels voor inwoners zijn om gebruik te kunnen maken van dat (nieuwe) beleid.
Het project inclusie eindigt in 2023. Een overdrachtsdocument zal handvatten aan de gemeentelijke organisatie bieden voor het faciliteren van een inclusiepanel, het onderbrengen van de rol van aanjager bij een vaste medewerker en het aandacht hebben voor de toegankelijkheid van openbare gebouwen.
Een aantal verenigingen heeft in Coronatijd leden verloren. Om dit financieel te compenseren zal de subsidie voor jeugdleden worden verhoogd. 
Sporthallen, sport- en gymzalen zijn een belangrijke infrastructuur. Samen met de sportverenigingen en exploitanten doen we in 2024 onderzoek naar het breder inzetten van deze accommodaties.

Paragrafen

A.    Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Organisaties worden geconfronteerd met risico’s die de realisatie van doelen (kunnen) bedreigen. De gemeente identificeert en kwantificeert doorlopend de risico’s die bedreigend zijn voor haar ambities en zet de weerstandscapaciteit die zij nodig heeft om risico’s af te dekken af tegen de daadwerkelijk beschikbaarheidscapaciteit. De uitkomst van dit weerstandsratio moet minimaal 1 zijn volgens de nota weerstandsvermogen en risicomanagement die de raad vaststelde. Voor 2024 wordt een weerstandsratio van 3,74 begroot, ruim boven de minimaal vereiste norm.
Gemeenten beoordelen hun financiële stabiliteit aan de hand van de vijf kerngetallen zoals voorgeschreven in de "Regeling vaststelling waarop kengetallen worden vastgesteld en opgenomen in begroting en jaarverslag provincies en gemeenten”. Zowel de begrote uitkomsten als de samenhang tussen deze financiële kengetallen bevestigen het beeld van een solide financiële positie. Wel zorgt de onzekerheid over de wijze van financiering van gemeenten vanaf 2026 vooralsnog voor een druk op de structurele exploitatieruimte.

B.    Lokale heffingen
Gemeenten leggen belastingen, heffingen en retributies op. De onroerend zaakbelasting, afvalstoffenheffing en rioolheffing zijn daar de bekendste voorbeelden van. Deze eigen opbrengsten vormen een belangrijk element in de methode van de verdeling van het Gemeentefonds die in de toekomst zal gaan gelden .
De omvang van de totale lokale lastendruk stijgt ten opzichte van het begrotingsniveau 2023 met € 163 per huishouden. De kosten voor de inzameling van afval nemen toe en hetzelfde geldt voor de kosten voor het onderhoud van het rioleringssysteem en de afvoer van hemel- en afvalwater.

C.    Onderhoud kapitaalgoederen
Kapitaalgoederen laten zich onderscheiden in wegen, openbare verlichting, civiele kunstwerken, riolering, water, groen en gebouwen. Op grond van de vigerende meerjarige plannen voor groot onderhoud wordt de komende jaren steeds € 1,8 miljoen aan voorzieningen voor groot onderhoud gedoteerd. De exploitatielast voor de kosten van klein onderhoud zullen ca. € 3 miljoen per jaar bedragen. 
Voor 2024 wordt een investeringsvolume van € 15,3 miljoen begroot, waarvan € 10 miljoen voor de nieuwbouw van IKC De Stuifhoek en € 1,8 miljoen voor de aanleg van de bypass Zoutendijk-Horenhilsedijk.

D.    Financiering
De Wet financiering decentrale overheden (Fido) bevat richtlijnen voor een adequaat beheer van in- en uitgaande geldstromen. Ingevolge de Wet Fido werken gemeenten die richtlijnen uit in een Treasurystatuut. Dit statuut zal, met toevoeging van een borgstellingsbeleid, worden vernieuwd.
Het college voorziet voor 2024 geen substantiële financieringsrisico’s, anders dan dat zij samen met het Rijk en andere gemeenten als achtervang fungeert in een situatie dat het Waarborgfonds Sociale Woningbouw niet aan haar financiële verplichtingen kan voldoen.
Rekening houdend met het verwachte investeringsvolume, zal er in 2024 naar verwachting een aanvullende financieringsbehoefte van € 12,2 miljoen ontstaan naast de in de begroting opgenomen langlopende financiering.

E.    Bedrijfsvoering
In 2023 is het informatiebeleid voor 2024-2027 opgesteld. In 2024 zullen we het informatiemanagement professionaliseren, procesmanagement en procesbeheer ontwikkelen, een verbeterplan voor informatiebeheer opstellen en het aantal applicaties substantieel verminderen.
Het dienstverleningsconcept wordt vastgelegd in een uitvoeringsplan. We werken in 2024 onder meer op het organiseren van de regie op de gemeentelijke dienstverlening, het opleiden van onze medewerkers in de methodiek van klantreizen en het modelleren van de dienstverleningsprocessen.
Om het risico op onrechtmatigheden bij de inkoop van werken, goederen en diensten te verkleinen, zullen de uitgaven structureel worden gemonitord, medewerkers worden getraind en het contractbeheer zal worden ingericht.
Het bestaande financieel systeem zal worden vervangen. Het nieuwe systeem zal op 1 januari 2025 live gaan. De P&C-cyclus zal worden herzien, zodanig dat de nieuwe opzet minder tijd kost van het ambtelijk apparaat en meer sturing op het juiste niveau mogelijk maakt.
De afdelingen Middelen en Dienstverlening & Ondersteuning worden samengevoegd, zodat samenhang in en doelmatigheid van de ondersteuning van het primaire proces worden verbeterd. Gemeente breed worden de afdelingscoördinatoren beter gepositioneerd.
Ook komt er een nieuw functiehuis en een strategisch opleidingsplan dat ruimte zal bieden aan brede, taakgerichte en individuele opleidingen. 
In 2024 zullen het risicomanagement, de interne beheersing en de sturen op gemeenschappelijke regelingen verder worden verbeterd. Het kaderplan interne beheersing wordt geactualiseerd en hetzelfde geldt voor het informatiebeveiligingsbeleid en het privacybeleid. Het bewustwordingsprogramma voor een zorgvuldige omgang met (bijzondere) persoonsgegevens zal worden voortgezet. 
Bij de kadernota 2024 is de noodzakelijkheid van uitbreiding van de personele formatie aangegeven. Die noodzakelijkheid doet zich vooral voor in de financiële functie, bij P&O, bij ICT en bij de jeugdzorg. Het college vraagt bij deze begroting aan de raad om met een formatieve uitbreiding van ruim 6 fte in te stemmen.

F.    Verbonden partijen

De Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) is in juli 2022 vernieuwd. De nieuwe wet beoogt om de kaderstellende en controlerende rol van gemeenteraden bij gemeenschappelijke regelingen te verstevigen. Dat kan bijvoorbeeld via een Raadsadvies Commissie en/of een adoptantenmodel. De nieuwe gemeenschappelijke regelingen zullen in 2024 van kracht worden.
In navolging van de wetswijziging is ook de regionale nota verbonden partijen herzien. De raad heeft eind 2023 de mogelijkheid om een zienswijze bij zowel de nieuwe gemeenschappelijke regelingen als de nieuwe nota verbonden partijen af te geven.
Voor de uitvoering van de regionale jeugdzorg wordt een gemeenschappelijke regeling in de vorm van een openbaar lichaam voorbereid. Na de besluitvorming hierover door de regionale colleges en raden zal de gemeenschappelijke regeling op naar verwachting 1 januari 2025 in werking treden.
Gebruikelijk is dat gemeenten in hun begroting richtlijnen aan gemeenschappelijke regelingen  meegeven voor hun kadernota en begroting voor, in dit geval, 2025. De algemene financiële richtlijnen zijn t.o.v. voorgaande jaren aangescherpt. Intern heeft het college in samenspraak met de griffie maatregelen vastgesteld om meer grip op de gemeenschappelijke regelingen te creëren. 

G.    Grondbeleid

Drimmelen gaat over naar een actiever grondbeleid.  In 2024 wordt een planresultaat van € 396.000 verwacht. Het saldo van de reservepositie zal voldoende zijn om de projectrisico’s af te dekken.

H.    Wet open overheid

Op 1 mei 2022 is de Wet open overheid in werking getreden. Deze wet vervangt de Wet openbaarheid van bestuur. In 2024 zal een applicatie voor het verwijderen of onleesbaar maken van (persoons)gegevens in documenten geïmplementeerd worden. Daarnaast zal een systeem worden ingevoerd om Woo-verzoeken digitaal te ontvangen en af te handelen. Aan de workflow zullen servicenormen worden verbonden.

Financiële begroting
De primaire begroting 2024 heeft een exploitatieoverschot van € 1.136.000 en een structureel overschot van € 1.517.000. Anders gezegd: de structurele lasten worden gedekt door structurele baten, wat voorwaardelijk is voor behoud van het repressieve toezicht door de provincie.  

Separaat bij deze begroting 2024 legt het college beleidswensen aan de raad voor. Die beleidswensen gaan onder meer over de uitbereiding van de ambtelijke formatie die nodig is voor een goede uitvoering en ondersteuning daarbij van het (groeiend) aantal gemeentelijke taken. Zoals gebruikelijk is het financieel effect van die beleidswensen nog niet in het begrotingsresultaat verwerkt. 
Vanaf 2026 is nog altijd sprake van ravijnjaren. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft in 2023 aangekondigd dat de financiering van gemeenten vanaf 2026 gekoppeld zal worden aan de ontwikkeling van het bruto binnenlands product. Hangende de uitwerking heeft het ministerie de ontwikkeling van de omvang van het Gemeentefonds bevroren.

Begroting 2024 in € 1.000
2024 2025 2026 2027
Saldo baten en lasten 259- N 16- N 3.123- N 2.440- N
Toevoegingen en onttrekkingen reserves 1.395 V 1.729 V 1.566 V 1.520 V
Begrotingssaldo na bestemming 1.136 V 1.713 V 1.556- N 920- N
Waarvan incidentele baten en lasten 381 L 5- B 5- B 5- B
Structureel begrotingssaldo 1.517 V 1.708 V 1.561- N 925- N