Algemene dekkingsmiddelen

Financiële afwijkingen

Terug naar navigatie - Reserves
Tabel 5.1. Overzicht financiële afwijkingen bestaand beleid
Algemene Dekkingsmiddelen 2023 2024 2025 2026 2027
Financiële mutaties (bedragen x € 1.000)
1 Saldo financieringsfunctie: Hogere rentelasten 120- N
2 Nieuwe CAO 500- N 500- N 500- N 500- N 500- N
3 Lokale heffingen: Prijsindexatie TOG 22- N
4 Gemeenschappelijke regeling SVHB (raad 8 juni) 50- N
5 Lokale heffingen: Hogere precarioopbrengsten kabels en leidingen 19 V 19 V 19 V 19 V 19 V
6 Saldo kostenplaatsen: Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT): personele uitbreiding (1 FTE) 78- N 78- N 78- N 78- N 78- N
7 Saldo kostenplaatsen: tractie en gereedschappen 31- N 31- N 31- N 31- N 31- N
8 Saldo kostenplaatsen: Inhuur personeel 500- N
9 Gemeentefonds: decembercirculaire 233- N 258- N 258- N 260- N 256- N
10 Gemeentefonds: meicirculaire 808 V 2.395 V 1.952 V 1.010 V 1.937 V
11 Gemeentefonds: loonprijscompensatie (na inzet nieuwe CAO) 1.042- N 1.024- N 848- N 780- N
Diversen 0 V 0- N 0- N 0- N 0- N
Totaal Algemene dekkingsmiddelen 708- V 504 V 80 V 688- V 310 V
Verschuiving tussen programma’s
8 3. Ruimte, Wonen, Duurzaamheid en Economie 14- N 14- N 15- N 14- N 18- N
9 Gemeentefonds: meicirculaire 21- N 119 V 112- N 157 V 34 V
Totaal verschuivingen tussen programma's 35- N 105 V 127- N 143 V 16 V
Mutatie reserves
1. Burger en bestuur - - - - - - - - - -
2. Openbare ruimte 12 V 269 V 4 V 4 V 4 V
3. Ruimte, wonen en economie 229 V - - - - - - - -
4. Sociaal domein 57 V 57 V 57 V 57 V 57 V
Overhead 104 V - - - - - - - -
Totaal Algemene dekkingsmiddelen 401 V 326 V 61 V 61 V 61 V
Totaal Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 342- N 934 V 14 N 485- N 387 N

1. Saldo financieringsfunctie: Hogere rentelasten 
Door de stijging van de rente zijn de kortlopende leningen duurder geworden.

2. Nieuwe CAO
Begin 2023 is er een nieuwe CAO afgesloten waarbij er een nominale stijging van € 240 is doorgevoerd en vervolgens een stijging van 2%. Deze verhoging zorgt ervoor dat er € 500.000 structureel bij geraamd moet worden op de salariskosten. De effecten van de CAO worden op macroniveau gedekt door het accres van de meicirculaire.

3. Lokale heffingen: Prijsindexatie TOG 
De stijgende kosten zijn het gevolg van contractuele indexering van de tarieven van TOG.

4. Gemeenschappelijke regeling SVHB (raad 8 juni)
De heffing en het innen van de lokale belastingen met de daarbij behorende registratie is nu uitbesteed en gaan we onderbrengen bij een gemeenschappelijke regeling. Het doel is het borgen van een kwalitatieve uitvoering van deze taak. Voor deze overgang is een implementatiebedrag van € 50.000 benodigd.

5. Lokale heffingen: Hogere precario opbrengsten kabels en leidingen 
Sinds 2017 heffen we precariobelasting op ondergrondse kabels en leidingen van derden. In 2022 heeft een extern bureau alle kabels en leidingen in onze gemeentegrond opnieuw in kaart gebracht. Dit heeft ervoor gezorgd dat er over meer meters kabels en leidingen aanslagen kunnen worden gelegd. Dit resulteert in een structureel voordeel van € 19.000.

6. Saldo kostenplaatsen: Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT): personele uitbreiding (1 FTE) 
Via de BGT wordt de topografie in Nederland op een eenduidige wijze vastgelegd en beschikbaar gesteld voor alle gebruikers. Gemeenten zijn bronhouder voor diverse basisregistraties, waaronder de BGT. Voor de werkzaamheden BAG, BRO en WOZ zijn in het verleden medewerkers aangenomen; voor BGT was en is dat niet het geval. Tot op heden zijn deze wettelijk vereiste werkzaamheden "erbij gedaan". Dit is al sinds 2017 (datum invoering Wet BGT) het geval. Dit is niet langer houdbaar: De kwaliteit van BGT is inmiddels onvoldoende en raakt direct ook de kwaliteit van met name BAG en WOZ (Basisregistratie Adressen en Gebouwen en Waardering Onroerende Zaken). En omdat diverse afnemers (intern maar ook extern) gebruik maken van onze BGT informatie is het projectmatig op orde brengen van BGT en beheer richting overdracht “in de lijn” noodzakelijk. Voor het aantrekken van 1 fte medewerker beheer en uitvoering BGT wordt € 78.000 geraamd. Eerder is dit bedrag al bij geraamd bij de Najaarsnota 2022. Dit is abusievelijk administratief niet verwerkt waardoor dit nogmaals wordt bij geraamd.

7. Saldo kostenplaatsen: tractie en gereedschappen  
Dit betreffen hogere elektriciteitslasten voor de Gemeente Werf. Er is geen noemenswaardige toename van het elektriciteitsverbruik. De lasten zijn voornamelijk gestegen als gevolg van de landelijk gestegen energieprijzen.

8. Saldo kostenplaatsen: Inhuur personeel
Momenteel is de arbeidsmarkt krap en dat merken we ook in de gemeentelijke organisatie. Er zijn veel vacatures en die vacatures staan ook lang open. Op sommige functies is het lastig om de functies überhaupt te vervullen. Hierdoor zien we dat we extra kosten moeten maken voor werving en selectie en voor de inhuur van tijdelijke invulling. Vacatures staan immers zo lang open dat het werk niet kan blijven liggen.

Naast vacatures hebben we ook te kampen met een verhoogd ziekteverzuim. Het betreft voornamelijk langdurig zieken. Een deel hiervan is medisch en daarin hebben we een met long covid nieuwe categorie toegevoegd gekregen. Een deel is een combinatie van niet de juiste mensen op de juiste plek en medische omstandigheden. Hier zien we dat er een organisatie ontwikkeling nodig is waarin meer aandacht komt voor werving, duurzame inzetbaarheid en vernieuwing. Het gevolg op de korte termijn van dit hoge ziekteverzuim is meer inhuur om de uitvoering van noodzakelijke taken niet in gevaar te brengen.

Op een aantal plaatsen in de organisatie is sprake van achterstallig onderhoud. Er zijn achterstanden die niet meer ingehaald worden omdat de bezetting te dun is om dit nog op te vangen. Tevens is er dan vaak te lang geen tijd geweest voor innovatie waardoor organisatie onderdelen achter lopen. We zien dit nu bij zowel publiekszaken als bij de Samenhangende Objecten Registraties. Hier wordt extra ingehuurd om een been bij te trekken.

Drimmelen heeft vanwege de geringe omvang van de organisatie op veel vakgebieden onvoldoende beleidscapaciteit in huis om bij de vraag naar nieuw beleid dit zonder extra inhuur te doen. Dit zien we in 2023 terug bij Maatschappelijke Aangelegenheden waar we moeten investeren op beleid rondom de duurzame beschikbaarheid van maatschappelijke accommodaties. Ook speelt daar de inzet op een stevigere sturing op Jeugd onder andere door de ontwikkeling van datagericht sturen. Dit gaan we doen zodat we minder afhankelijk worden van wat ons overkomt en meer het stuur zelf in handen krijgen op dit weerbarstige dossier.

Op de ondersteunende functies hebben we een achterstand geconstateerd. Het betreft voornamelijk de control op de financiën en het onderhoud van onze applicaties. Hier is een combinatie van achterstand, vacatures, langdurig zieken en een andere benodigde inrichting. In de kadernota worden er voorstellen gedaan voor verdere investering in deze clusters. Voor deze verandering en voor de doorgang van het werk tijdens de verbouwing wordt extra ingehuurd.

Voor reguliere inhuur wordt door de organisatie de financiële ruimte benut die door vacatures ontstaat. De inhuur is nu vanwege bovenstaande redenen zo veel dat dit niet meer met elkaar in evenwicht is.

Er wordt in totaal voor € 500.000 meer ingehuurd dan er dekking is uit openstaande vacatures.

9. Gemeentefonds: decembercirculaire 
Het ministerie van BZK heeft in het rekenmodel van de septembercirculaire 2022 gerekend met een te hoge raming van de WOZ-waarden. Het ministerie heeft hiervoor op 7 oktober 2022 een update op de website van de septembercirculaire 2022 gepubliceerd. Omdat de WOZ-waarden lager zijn dan gemeld in de septembercirculaire 2022, is dit bij de decembercirculaire gecorrigeerd.  
Een gedeelte van de inkomsten is geoormerkt, de geoormerkte bedragen worden toegelicht onder de financiële afwijkingen bij het betreffende programma.
Zie onderstaande tabel voor een specificatie.



10.  Gemeentefonds: meicirculaire

De te oormerken bedragen zijn toegelicht onder financiële  afwijkingen bij de betreffende programma's.

11. Loonprijscompensatie
De begroting is, inclusief meerjarenraming, opgesteld op prijspeil 2023. In de meicirculaire wordt jaarlijks compensatie gegeven voor de loon- en prijsstijging, deze is dit jaar hoger door de stijgende inflatie.