4. Sociaal domein

Inleiding

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De hoofddoelstelling van het programma is:
We hebben een inclusieve samenleving, waarbij iedereen ongeacht leeftijd, sociale klasse, afkomst of beperking, in de gemeente Drimmelen mee kan doen aan activiteiten op het gebied van onderwijs, werk, sport en ontmoeting, zorg en welzijn. Iedereen neemt hierbij zijn eigen verantwoordelijkheid en ondersteunt de mensen in zijn omgeving. Mensen die het niet redden met hulp van mensen uit hun omgeving of algemene voorzieningen, krijgen ondersteuning van de gemeente.

In het coalitieprogramma Een mooi en gezond Drimmelen maken we SAMEN ! staat:

Drimmelen is een gemeenschap waar mensen naar elkaar omkijken en waar we er samen voor zorgen dat iedereen mee kan doen aan alles wat een samenleving maakt. Om dat in de toekomst ook zo te houden, willen we stevig inzetten op preventie en innovatie binnen alle onderdelen. Sport en cultuur met sportieve en culturele evenementen zijn belangrijke dragers van een gezonde, gelukkige en vitale samenleving. We willen een relatie leggen met de ambities in het sociale domein. Onze buurthuizen dragen bij aan ontmoeten, meedoen en gezelligheid. Het stimuleren van sport, ontmoeten, cultuur en hiervoor ruimten faciliteren die zo optimaal mogelijk benut worden. De gemeente richt zich primair op breedtesport en faciliteert evenementen.

Het programma is uitgewerkt in vijf thema’s. De doelstellingen zijn uitgewerkt in de volgende thema’s en bijbehorende subdoelstellingen:
1. Opgroeien en opvoeden
2. Zorg voor kwetsbare burgers
3. Participatie door werk en maatschappelijke inzet
4. Sport en bewegen
5. Sociaal culturele accommodaties.

4.1 Opgroeien en opvoeden

4.2 Zorg voor kwetsbare burgers

4.3 Participatie door werk en maatschappelijke inzet

4.4 Sport en bewegen

4.5 Sociaal culturele accommodaties

Financiële afwijkingen

Terug naar navigatie - Tabel 4.1. Overzicht financiƫle afwijkingen bestaand beleid
Tabel 4.1. Overzicht financiƫle afwijkingen bestaand beleid
4. Sociaal domein 2020 2021 2022 2023 2024
FinanciĆ«le mutaties (bedragen x ā‚¬ 1.000)
a1. Participatie: uitkeringen en loonkostensubsidie 91 V 81 V 48 V 16 V 17- N
a2. Participatie: BUIG budget 111- N 111- N 111- N 111- N 111- N
a3. Participatie: TOZO -
b1. Bijzondere bijstand: meer aanvragen 35- N 35- N 35- N 35- N 35- N
b2. Bijzondere bijstand: Pilot voedselbank 6- N 11- N
c. Sociale werkvoorziening 8- N 135- N 83- N 123- N 100- N
d1. WMO: begeleiding 100 V
d2. WMO: Beschermd Wonen 10- N 109- N 100- N 100- N 100- N
d3. WMO: cliƫntondersteuning 37 V 37 V 37 V 37 V 37 V
d4. WMO: woningaanpassingen 75- N
d5. WMO: respijtzorg 10- N
d6. WMO: PGB 42- N
e1. Gezondheidszorg: Begroting 2021 GGD 10- N 19- N 19- N 19- N 19- N
f. Inburgering - meicirculaire 2020 54- N 35- N 77- N 85- N 85- N
g. Begroting RWB 2021 - KCV Deeltaxi - N 52- N 51- N 176- N 181- N
h. Kunst 71- N - N - N - N - N
i. Reserve verenigingen
j. Toegankelijkheid 141- N
k1. Jeugdzorg: Specialistische jeugdhulp 247- N 247- N 247- N 247- N 247- N
k2. Jeugdzorg: Gezinshuizen - - 300- N 300- N 300- N 300- N
k3. Jeugdzorg: DVO 7- N 7- N 7- N 7- N 7- N
k4. Jeugdzorg: zorgoverdracht Jutzt 161- N
k5. Jeugdzorg: Taskforce Jeugd 235- N 200 V 250 V 300 V 300 V
k6. Jeugdzorg: CJG 37- N
l1. Onderwijshuisvesting: voorbereidingskrediet Stuifhoek - 4- N 4- N 4- N 4- N
l2. Onderwijshuisvesting: visie Terheijden 18- N
l3. Onderwijshuisvesting: verduurzamingsopgave onderwijs 10- N
m. Leerlingenvervoer 30- N - - - -
n. Onderwijsbegeleiding 28 V
o. Bouwhal 5- N
p1. Buitensport: kapitaallasten investeringsprognose 2021 e.v. 1- N 3- N 7- N
p2. Buitensport: reserve onderhoud sportparken (vrijval) - - - - - - - - - -
p3. Buitensport: aanpassing onderhoudsbudgetten (investeringen) 53 V 77 V 122 V
q1. Zwembaden: onderhoud 155- N 155- N 155- N 155- N 155- N
q2. Zwembaden: exploitatie 20- N 30 V 30 V 30 V 30 V
q3. Zwembaden: lopende kredieten 2020 20- N 20- N 20- N 20- N 20- N
r. Voorziening Gebouwenbeheer (PLANON) 99- N 99- N 99- N 99- N 99- N
Diverse per saldo 11- N 25- N 25- N 28- N 28- N
Totaal Sociaal Domein 1.316- N 939- N 969- N 1.129- N 1.025- N
Verschuiving tussen programmaā€™s
c. Meicirculaire - sociale werkvoorziening 17 V 84 V 27 V 66 V 70 V
f. Meicirculaire - Inburgering 54 V 35 V 77 V 85 V 85 V
k1. Stelpost Jeugdzorg (gemeentefonds) 311 V 311 V 311 V
Totaal verschuivingen tussen programma's 71 V 119 V 415 V 462 V 466 V
Mutatie reserves
d5. Reserve Bestuursakkkoord - Respijtzorg 10 V
h. Reserve Kunst opheffen 71 V
i. Reserve Verenigingen opheffen 5 V
j. Reserve Toegankelijkheid 5- N
j. Reserve Toegankelijkheid 141 V
k2. Reserve Bestuursakkkoord - gezinshuizen 300- N
k4. Reserve Bestuursakkkoord - zorgoverdracht Jutzt 161 V
k5. Reserve Bestuursakkkoord - Taskforce Jeugd 250 V
k6. Reserve Bestuursakkkoord - CJG 37 V
l1. Res SID en Algemene reserve - Stuifhoek 140 V
l1. Reserve Kapitaallasten - Stuifhoek 140- N 4 V 4 V 4 V 4 V
l2. Reserve SID - visie onderwijshuisvesting Terheijden 18 V
l3. Reserve SID - verduurzaming onderwijs 10 V
o. Agemene reserve - bouwhal 5 V
p2. Reserve Onderhoud sportparken: vrijval beginstand 447 V
p2. Reserve Onderhoud sportparken: correctie stortingen 92 V 92 V 92 V 92 V 92 V
p2. Reserve Onderhoud sportparken: correctie onttrekkingen 99- N 113- N 111- N 27- N 27- N
q1. Reserve Onderhoud zwembaden (opheffen) 175 V 175 V 175 V 175 V 175 V
Totaal mutatie reserves 1.016 V 157 V 159 V 243 V 243 V
Totaal 4. Sociaal domein 229- N 663- N 395- N 423- N 316- N
Terug naar navigatie - Toelichting tabel 4.1

Toelichting tabel 4.1

Toelichting tabel 4.1

a. Participatie

a. Participatie
a1. Uitkeringen/loonkostensubsidie
In 2019 en 2020 nemen het aantal verstrekkingen loonkostensubsidie sterker (€ 81.000 in 2020) toe. Voor de komende jaren wordt een stijging van 5 per jaar ingeschat; hiermee was al gedeeltelijk rekening gehouden. De stijging wordt opgevangen door minder aanvragen voor een uitkering (€147.000). Daarnaast wordt een stijging van € 75.000 a.g.v. de Coronoa crisis verwacht. Ten slotte is er bij de IOAW meer uitstroom dan instroom waardoor de kosten met € 20.000 structureel afnemen.

a2. BUIG budget
Met name vanwege de daling van het aantal bijstandsgerechtigden in 2019 ontvangen de gemeenten € 219 miljoen minder Gebundelde Uitkering. De rijksvergoeding voor de gemeente Drimmelen bedraagt daardoor € 2.990.425 voor 2020. Dit is € 111.000 lager dan de informatie uit september 2019 welke is gebruikt voor de begroting 2020. De wijziging wordt structureel verwerkt, want meerjarige informatie hebben we niet en er wordt voor de komende paar jaar geen grote stijging van de kosten verwacht (zie a1.)

a3. TOZO
De Corona-crisis heeft grote gevolgen voor de ondernemers van Drimmelen. De uitgaven worden ingeschat op 300 aanvragen TOZO maal € 3.500 voor levensonderhoud. (periode van 3 maanden). Benodigd bedrag beloopt minimaal ruim een miljoen euro. Hierbij komen ook nog de leningen van ruim € 10.000 voor die ondernemers, die dit nodig hebben. Inschatting van dit bedrag is vooralsnog niet te maken.
Vanuit de overheid hebben we tot nu toe € 2,7 miljoen ontvangen. Voorlopig ramen we uitgaven gelijk aan de overheidsvergoeding.

b. Bijzondere bijstand
b1. Toename aanvragen
We hebben de afgelopen periode te maken gehad met een toenemende druk op het budget bijzondere bijstand. Daarnaast verwachten we vanwege de Corona-crisis een verdere toename van het aantal aanvragen bijzondere bijstand, schuldhulpverlening en langdurigheidstoeslag.

b2. Voedselbank
Vanaf 2018 loopt er een pilot met een uitdeelpunt van de Voedselbank in onze gemeente, kern Made. Deze is al verlengd tot september 2020. We willen die pilot graag evalueren en willen tegelijkertijd op zoek naar een andere (goedkopere) locatie en de voorziening Voedselbank proberen meer lokaal te verankeren. Dat is een uitdaging die meer tijd kost, mede vanwege de Coronacrisis. Omdat we, gezien de doelgroep, hier heel zorgvuldig mee om willen gaan, is dus meer tijd nodig en willen we de huidige locatie in elk geval financieel borgen tot september 2021. Hiervoor is voor 2020 € 5.700 nodig en voor 2021 € 11.400. In de tussentijd voeren wij gesprekken met alle partijen die mogelijk mee kunnen helpen aan een structurele oplossing.”

c. Sociale werkvoorziening
Jaarrekening 2019
Het te bestemmen resultaat 2019 van het regionale werkvoorzieningsschap MidZuid bedroeg in 2019 € 271.000 en wordt uitgekeerd aan de deelnemende gemeenten. Het aandeel van Drimmelen hierin is € 35.000. Na de verrekeningen van het aantal plaatsingen wordt er in 2020 een bedrag van bijna € 23.000 uitgekeerd.
De belangrijkste oorzaak van he positieve resultaat is de verhoging van de rijksbijdrage voor MidZuid.

Bedrijfsplan 2020 en begroting 2021
Eind 2019 is door MidZuid de begroting geactualiseerd op basis van de laatste inzichten en aantallen. Dit zorgt voor Drimmelen voor een structurele verhoging van de bijdrage (2020 € 13.000 oplopend tot € 56.000 in 2023).

Meicirculaire
Middels de meicirculaire ontvangen de gemeenten een compensatie voor de loonkostenontwikkeling en het aantal personen die werkzaam zijn bij de werkvoorzieningsschappen. Drimmelen ontvangt hiervoor in 2020
€ 1.409.000. Dit is € 17.000 hoger dan in de begroting was meegenomen. Deze compensatie loopt op tot € 70.000 in 2024. Doordat we dit bedrag doorbetalen aan MidZuid is dit per saldo geen voor- of nadeel.

d. WMO
d1. WMO begeleiding
Door kritisch te (her)indiceren nemen de kosten voor Wmo-begeleiding licht af waardoor er nu incidenteel het budget met € 100.000 kan worden verlaagd. De Coronacrisis kan nog wel zorgen voor meer aanvragen later dit jaar waardoor budget nu incidenteel verlaagd wordt.

d2. Beschermd Wonen
Gemeenten worden vanaf 2021 verantwoordelijk voor Beschermd Wonen. De herverdeling van middelen zal gefaseerd plaatsvinden vanaf 2022. De overdracht en afbakening van taken van centrumgemeente naar de gemeenten in de regio heeft consequenties voor Drimmelen. Dit traject kent nog veel onzekerheden en ook financiële risico’s. De gemeente Breda heeft tekorten op Beschermd Wonen en zal van de gemeenten in de regio een bijdrage vragen en/of gemeenten vragen enkele cliënten over te nemen in overeenstemming met afspraken die hierover regionaal bestuurlijk gemaakt zijn. Een eerste indicatie is dat vanaf 2021 een aantal cliënten worden overgenomen. Deze cliënten ontvangen nu voor circa € 200.000 aan begeleiding vanuit Beschermd Wonen. De onzekerheid of het werkelijk mogelijk is deze cliënten naar de gemeente over te dragen is groot. Daarom wordt nu een bedrag van € 100.000 structureel opgenomen in de begroting 2021 en verder. In NARIS is als risico opgenomen dat de kosten hoger kunnen uitvallen.

De bijdrage van de gemeente Drimmelen in de kosten van het regionale project doordecentralisatie Beschermd Wonen wordt hoger en duurt langer. Het project is complex, mede omdat het Rijk de doordecentralisatie doorzet en de herverdeling van de middelen uitstelt. In 2020 wordt een projectleider aangetrokken voor het Experiment Weer Thuis waarin gemeenten en corporaties de huisvestingsopgave uitwerken die voortvloeit uit de doordecentralisatie Beschermd Wonen en ambulantisering GGz. De meerkosten hiervan bedragen in 2020 en 2021 € 9.000.

d3. Cliëntondersteuning
Een deel van de cliëntondersteuning Jeugd die tot 2020 via MEE West-Brabant werd geboden, is nu geïntegreerd in het CJG. Voor de resterende taken cliëntondersteuning Jeugd die door MEE West-Brabant worden uitgevoerd (bijvoorbeeld overgang 18-/18+) volstaat een kleinere ureninzet. De kosten zijn hierdoor structureel € 37.000 lager.

d4. WMO Woningaanpassingen
Het hiervoor beschikbaar gestelde budget van € 105.000 is gebaseerd op de gemiddelde uitgaven van de laatste paar jaar. De jaarlijkse uitgaven schommelen sterk doordat de gemeente incidenteel moet bijdragen in dure woningaanpassingen. Hiervan is in 2020 sprake en samen met de lopende aanvragen wordt verwacht dat de uitgaven in 2020 zullen oplopen tot € 180.000. Voorgesteld wordt het budget daarom incidenteel met € 75.000 te verhogen. De toename van de aanvragen kan ook te maken hebben met het feit dat mensen langer thuis in hun huis blijven wonen. Mocht dit duidelijker worden dan zal de begroting hierop worden aangepast.

d5. WMO Respijtzorg
Voor 2019 is vanuit de motie onderzoek naar respijtzorg € 10.000 vanuit de reserve bestuursakkoord ter beschikking gesteld. Dit onderzoek wordt in 2020 afgerond. Voorgesteld wordt om nu € 10.000 ter beschikking te stellen en te dekken uit de reserve Bestuursakkoord.

d6. WMO PGB
Door toekenning van een groot pgb vanaf april moet het begrote bedrage verhoogd worden met € 42.000. De verwachting is dat eind 2020 deze persoon overgaat van de WMO naar de Wet langdurige zorg. De kosten zijn dan vanaf 2021 niet meer voor rekening van Drimmelen.

e. Begroting GGD 2021
Op basis van de concept beleidsbegroting GGD 2021 is de bijdrage vanaf 2021 hoger dan eerder begroot. De bijdrage is hoger vanwege index en vanwege exogene ontwikkelingen bij GGD. Deze ontwikkelingen zijn o.a. hogere bijdrage landelijke GGD en minder inkomsten vanwege landelijke stelselwijziging voor artsen in opleiding.

f. Inburgering - meicirculaire
Op 1 juli 2021 gaat de Nieuwe Wet inburgering 2021 in. Het doel van deze wet is dat alle nieuwkomers met een inburgeringsplicht zo snel mogelijk Nederlands leren spreken en schrijven op het voor hen hoogst haalbare niveau. Ook is het doel dat zij zo snel mogelijk – het liefst betaald – werk krijgen, om zo volwaardig mee te kunnen doen in Nederland. De gemeente krijgt de regie over de uitvoering van de inburgering. Omdat de regie bij de gemeenten terugkomt, ontvangt de gemeente ook weer middelen voor de uitvoering van deze wet. Bij de meicirculaire 2020 zal hierover meer duidelijkheid komen. Verzoek is deze middelen te oormerken voor de uitvoering van de wet.

g. Begroting RWB 2021 - KCV Deeltaxi
Het deeltaxi-vervoer ligt sinds maart grotendeels stil door de Corona crisis. De kosten vallen daarom lager uit. We volgen de landelijke adviezen en compenseren taxibedrijven tot 80% van de begrote kosten om faillissementen te voorkomen. Waar nodig passen we het vervoer aan. Hierin zit wel een onzekerheid: als we reizigers anders/individueel moeten vervoeren als gevolg van de anderhalve meter maatschappij, dan kan dat juist hogere kosten geven. Dit is nu alleen nog niet te voorzien. De begroting 2020 passen we daarom nu nog niet aan.
We kijken ook vooruit. Vanaf 2021 stijgen de kosten vanwege indexering. Vanaf 2023 moeten we rekening houden met een stijging van 20%. Dit komt door een nieuw contract voor deeltaxi-vervoer. We hebben nu een zeer scherpe contractprijs. Een nieuw contract zal duurder zijn. Daarbij komen nog extra kosten in verband met duurzaamheid en de vergrijzing. We spelen hier nu al op in door kritisch te kijken of een pas nodig is, we kijken naar extra mogelijkheden om te bezuinigen en we stimuleren andere vormen van vervoer (bijv. OV of ANWB-automaatje).

h. Kunst
De reserve Kunst heeft eind 2019 een omvang van € 76.197. Voorgesteld wordt om de reserve Kunst op te heffen, omdat het BBV voorschrijft dat voor onderhoud een voorziening gebruikt moet worden i.p.v. reserve indien het wenselijk om de onderhoudskosten te egaliseren.
De verwachting is dat in 2020 niet het volledige bedrag benodigd is voor onderhoud/vernieuwing kunst. Eind 2020 zal het restant via budgetoverheveling meegenomen worden naar 2021 en in een onderhoudsvoorziening worden gestort. Hiervoor zal een onderhoudsplan worden vastgesteld door de Raad.

i. Reserve verenigingen
De laatste jaren is de reserve ingezet voor incidentele inzet voor verenigingen. De reserve is eind 2019 nagenoeg uitgeput (€ 5.000). Voorgesteld wordt het restant toe te voegen aan de reserve Toegankelijkheid.

j. Toegankelijkheid
De raad heeft bij de start van het project € 500.000 beschikbaar gesteld. Op dit moment is er nog € 141.000 in de reserve aanwezig, hiervan is bijna € 39.000 inmiddels toegekend aan verenigingen. Via een raadsbrief bent u over deze evaluatie geïnformeerd en over het besluit van het college om de regeling met 2 jaar te verlengen tot en met 2021.
Doordat de regeling een tijdelijk karakter heeft, kunnen de uitgaven als incidenteel worden beschouwd en kan de reserve in stand blijven tot en met 2021.

k. Jeugdzorg

k1. Specialistische jeugdhulp
In 2019 is de vraag naar jeugdzorg toegenomen, ofwel een groei in het aantal jeugdigen dat gebruik maakt van een vorm van jeugdzorg. Belangrijke redenen hiervoor zijn maatschappelijke ontwikkelingen: zoals een toename van het aantal echtscheidingen, problematisch sociaalmedia-gebruik, prestatiedruk. Gewone obstakels worden sneller benaderd als een probleem. Door deze ontwikkelingen neemt de vraag naar jeugdzorg toe.
De zorgkosten 2019 zijn beoordeeld op ‘incidentele excessen’. Deze excessen zijn in mindering gebracht op de overschrijding van de zorgkosten 2019 t.o.v. de begroting 2020. We stellen daarom voor om het budget met
€ 247.000 structureel te verhogen.
Hier tegenover staan extra inkomsten gemeentefonds van € 311.000 vanaf 2022 (zie ook programma Algemene dekkingsmiddelen) waardoor vanaf 2022 de toename van de kosten volledig wordt opgevangen (incl. k2. tm k5.).

k2. Gezinshuizen
In de begroting 2019 en 2020 hebben we incidenteel een bedrag opgenomen van € 300.000 t.b.v. tijdelijke kostenverhoging gezinshuizen. Door een wijziging van de wetgeving m.b.t. het woonplaatsbeginsel was de verwachting dat vanaf 2021 deze kosten sterk zouden afnemen. Op basis van de huidige inzichten is het de verwachting dat deze kosten toch structureel zijn. Daarnaast zien we dat de twee gezinshuizen in onze gemeenten zich beiden richten op uitbreiding. De inschatting is dan ook dat de incidentele kosten structureel nodig zullen zijn vanaf 2021. Gevraagd wordt het budget met € 300.000 structureel te verhogen per 2021.
k3. Dienstverleningsovereenkomst West Brabant Oost (WBO)
Ten slotte is de dienstverleningsovereenkomst jeugd 2020 tussen de WBO gemeenten en gemeente Breda pas na het opstellen van de begroting 2020 definitief vastgesteld. Er is begroot op basis van de concept versie van de DVO. Na vaststelling van de begroting 2020 zijn aan de concept versie nog taken toegevoegd welke extra kosten met zich mee brachten. Daarnaast heeft een herverdeling van de kosten plaatsgevonden n.a.v. het verlaten van Alphen-Chaam en Baarle-Nassau uit de WBO regio. Ook dit heeft een verhogend effect gehad. Per saldo is het noodzakelijk om het budget met ruim € 7.000 te verhogen.

k4.Zorgoverdracht Jutzt
Zorgoverdracht Jutzt
Voor de zorgoverdracht van Juzt naar andere aanbieders zijn door de WBO gemeenten incidentele kosten gemaakt (aandeel Drimmelen €136.000 + proceskosten €25.000). Dit zijn ‘uitvoeringskosten’ die samenhangen met de gecontroleerde zorgoverdracht van Juzt. Het gaat dus niet om kosten voor geleverde jeugdzorg. Het betreft incidentele kosten. Gezien het incidentele karakter van deze uitgaven worden deze gedekt door de reserve Bestuursakkoord.

k5.Taskforce jeugd
Jaarlijks is een groei zichtbaar in zowel het aantal jeugdigen dat gebruik maakt van niet vrij toegankelijke jeugdzorg als in het budget dat besteed wordt aan niet vrij toegankelijke jeugdzorg. Om deze ontwikkeling te kantelen wordt een Taskforce jeugd opgezet. Doel is hierbij om kwalitatief goede jeugdhulp te bieden aan jeugdigen in onze gemeente die dat nodig hebben maar de groei van het kosten voor de niet vrij toegankelijke jeugdhulp te beperken. Hiervoor zullen beheersmaatregelen ingezet moeten worden, maar ook een cultuuromslag bewerkstelligd moeten worden. We willen dit doen samen met Geertruidenberg, omdat we gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het CJG. Op dit moment zitten we nog in de oriëntatiefase voor het vormgeven van de taskforce.
De verwachting is dat de (financiële) resultaten pas zichtbaar zullen zijn vanaf 2021, m.u.v. de pilot Praktijk Ondersteuner Huisarts-Jeugd (POH-Jeugd (€ 15.000 per jaar vanaf 2020). Echter de inzet zal al wel gepleegd gaan worden vanaf 2020. Op dit moment is het nog lastig in te schatten welke besparing de taskforce op zal leveren. We gaan voor alsnog uit van een besparing in 2021 van € 200.000 incl. effect POH oplopend met € 50.000 voor 2022 en 2023. Het beschikbare budget voor Jeugdzorg is hierna als volgt: 2020: € 4,3 milj, 2021 € 4,1 miljoen, 2022 € 4,05 miljoen en vanaf 2023 € 4 miljoen. Deze bedragen zullen vanaf 2022 nog wel worden geïndexeerd.

Gemeente Oosterhout heeft reeds ervaringen met een taskforce jeugd waarbij positieve resultaten zijn behaald. Van deze ervaringen zal gebruik gemaakt worden. Gevraagd wordt budget beschikbaar te stellen voor het uitvoeren van de taskforce, te weten € 250.000 voor 2020 en 2021 gezamenlijk. Dit bedrag bestaat uit € 210.000 voor tijdelijke formatie en € 40.000 voor materiele kosten zoals bijvoorbeeld een monitoringstool. Gezien het incidentele karakter wordt voorgesteld deze kosten te onttrekken uit de reserve Bestuursakkoord.
De kosten worden volledig geraamd in 2020, omdat nog niet bekend is hoe de kosten over de beide jaren verdeeld zullen zijn.

k6. Centrum voor Jeugd en Gezin
In de raadsbrief van 5 maart jl., meldden wij u de prognose dat de structurele kosten voor de BVO CJG ca.
€ 41.000 hoger uitvallen, maar binnen de gemeentelijke begroting Drimmelen blijven. Op basis van de eerste kwartaalrapportage van de BVO CJG zijn de structurele hogere kosten enigszins gunstig bijgesteld, namelijk
€ 25.500 hoger in plaats van € 41.000 hoger. De hogere kosten komen vooral door hogere cao-gerelateerde personeelskosten. Gedurende dit eerste jaar van de BVO zal een beter beeld ontstaan van de werkelijke kosten.
Daarnaast waren enkele posten niet in de begroting BVO CJG opgenomen, voor een bedrag van € 30.000. Daarom willen we hiervoor de bijdrage aan het CJG met € 28.000 verhogen (50% van de gezamenlijke kosten zijn voor rekening van gemeente Geertruidenberg). Hiervoor is zoals in raadsbrief aangegeven dekking beschikbaar. Bij de voorliggende begroting CJG voor 2021 (raad 25 juni a.s.) is nog geen rekening gehouden met indexering en CAO-aanpassingen. Normaliter wordt een inschatting meegenomen op basis van de indices CPB, voor 2021 3,1%. De begroting CJG 2021 wordt hierop nog bijgesteld en verwerkt bij de gemeentelijke begroting voor 2021. Het in de begroting van de gemeente Drimmelen opgenomen budget is in elk geval volledig nodig.

In december 2018 heeft de raad van Drimmelen eenmalige projectkosten ad. € 215.750 beschikbaar gesteld voor de organisatie en huisvesting van de Bedrijfsvoeringsorganisatie CJG Drimmelen Geertruidenberg met dekking uit de reserve bestuursakkoord. De projectbegroting laat een restant zien van € 37.000 (2019) minus € 8.000 (2020) = € 29.000. Het CJG-bestuur heeft besloten om het restantbedrag projectbegroting te oormerken voor opleiding manager / vervanging manager 2020.

 

l. Onderwijshuisvesting
l1 Onderwijshuisvesting – Voorbereidingskrediet Stuifhoek
Met de vaststelling van het IHP 2020-2023 maken we een start met de voorbereiding van nieuwbouw basisschool De Stuifhoek in Made per 2023. De richtinggevende keuze voor het scenario 4 in de Visie Made om het huisvestingstekort in Made op te lossen, dus nieuwbouw Stuifhoek per 2023, heeft als financiële consequentie dat we een voorbereidingskrediet nodig hebben om dit scenario in 2020-2021 verder uit te werken en door te rekenen. De raad heeft ingestemd met een voorbereidingskrediet van € 140.000 (incl. BTW). Dekking komt voor € 70.000 uit de reserve Samen Investeren in Drimmelen en voor € 70.000 uit de Algemene reserve.

l2. Onderwijshuisvesting – Visie onderwijshuisvesting Terheijden
In het IHP 2020-2023 is opgenomen dat we samen met de betreffende schoolbesturen een visie voor de onderwijshuisvesting in Terheijden voor de langere termijn willen laten opstellen, vergelijkbaar met de visie die is opgesteld voor de kern Made. Hiervoor is een bedrag van € 17.500 (incl. BTW) nodig. In 2020 geven we opdracht aan een bureau om deze visie op te stellen. De raad heeft in april 2020 het IHP vastgesteld en is daarmee akkoord gegaan met het beschikbaar stellen van dit benodigde incidentele onderzoeksbudget en deze te dekken uit de Reserve Samen Investeren in Drimmelen.

l3. Onderwijshuisvesting - Onderzoek verduurzamingsopgave scholen
In het IHP 2020-2023 is tevens het volgende opgenomen. De gemeente Drimmelen heeft als doelstelling CO2-neutraal te zijn per 2040. In hoeverre dat realistisch is en in hoeverre energieneutraliteit daarin past, onderzoeken we gaandeweg het proces. We willen onze kinderen dan ook huisvesten in duurzame onderwijsgebouwen. Daarnaast willen we in 2021 de energieopgave met betrekking tot onze scholen in beeld brengen. Dit doen we samen met het onderwijs. Naar aanleiding van die opgave werken we samen met het onderwijs een plan van aanpak uit om ook de bestaande schoolgebouwen te verduurzamen en zo toe te werken naar energie-neutrale gebouwen. Hiervoor is een incidenteel onderzoeksbudget van € 10.000 (incl. BTW) nodig. Deze kan gedekt worden uit de Reserve Samen Investeren in Drimmelen.

m. Leerlingenvervoer
De stijging van de kosten voor leerlingenvervoer in 2019 vanwege meerwerk loopt ook de komende jaren nog door. Het gaat om leerlingen die net gestart zijn op het voortgezet speciaal onderwijs en de komende jaren ook nog gebruik moeten maken van het leerlingenvervoer. Vanaf 2021 kunnen deze kosten worden opgevangen binnen de begroting.

n. Onderwijsbegeleiding
Jaarlijks subsidiëren wij de schoolbesturen met een bedrag voor onderwijsbegeleiding overeenkomstig het aantal leerlingen. In de Uitvoeringsovereenkomst die daaraan ten grondslag ligt, is het volgende opgenomen:
“Het schoolbestuur dient uiterlijk op 1 april van het lopende jaar bij de gemeente het financiële en inhoudelijke verslag over het voorafgaande jaar in, te samen met de subsidieaanvraag voor het daaropvolgende jaar.
Indien er niet tijdig, onvoldoende of geen verantwoording overeenkomstig 6.1 wordt ingediend, wordt er het daaropvolgende jaar slechts 50% van de subsidie schoolbegeleiding beschikbaar gesteld aan het betreffende schoolbestuur.”
Aangezien alle drie de schoolbesturen in 2019 geen verantwoording over de besteding van de ontvangen middelen hebben ingediend, is deze subsidie in 2020 gehalveerd waardoor de kosten 2020 € 28.000 lager zijn. Indien we in 2020 wel een juiste verantwoording ontvangen, krijgen de scholen in 2021 weer het volledige bedrag.

o. Bouwhal
In 2019 heeft Stichting Centrale Bouwruimte Carnaval met ondersteuning van de gemeente Drimmelen een eerste centrale bouwruimte voor carnavalsverenigingen beschikbaar gesteld. In het eerste halfjaar van 2020 gaan we met de stichting de pilot evalueren. Naar verwachting zal de pilot worden gecontinueerd voor carnavalseditie 2021. De stichting heeft hierbij wederom financiële steun van gemeente nodig. Voor 2020 wordt deze bijdrage vooralsnog ingeschat op € 5.000.

p. Buitensport
Om de kosten van het groot onderhoud aan de buitensport te egaliseren, hebben we hiervoor tot en met 2019 een bestemmingsreserve gehanteerd. Voor groot onderhoud wordt normaal gesproken een voorziening gevormd en worden vervangingen geactiveerd (krediet). Vanwege de grote veranderingen (kunstgrasvelden, privatisering) etc. hebben we in overleg met de provincie tijdelijk nog een reserve gehanteerd. Deze reserve wordt nu omgezet in een aantal vervangingsinvesteringen (zie onderdeel “Investeringsprognose 2021 – 2025”) en onderhouds-budgetten in de exploitatie. Hierdoor vervalt de jaarlijkse storting (€ 91.500) en de ook de onttrekkingen voor de uitvoering van het onderhoud. Tevens vervalt de beginsaldo van deze reserve (€ 446.615).

q. Zwembaden
q1. Onderhoud zwembaden
Om de kosten van het groot onderhoud aan de zwembaden te egaliseren, hebben we hiervoor t/m 2019 een bestemmingsreserve gehanteerd in afwachting van een nieuwe Meerjarenonderhoudsplanning (MOP) voor de gerenoveerde zwembaden. In 2020 wordt de renovatie afgerond waardoor vanaf 2021 het groot onderhoud is opgenomen in de onderhoudsvoorziening Planon. De reserve wordt daarom in 2020 opgeheven en worden de stortingen in de reserve omgezet in een storting in de voorziening.
De renovatie wordt medio 2020 afgerond en daarom zijn er geen onderhoudswerkzaamheden in 2020 te verwachten.
De opgenomen dotatie van € 175.000 in de begroting 2020 kan daarmee komen te vervallen. Uit de geactualiseerde MOP blijkt dat de jaarlijkse dotatie voor de eerstkomende 10 jaar kan worden teruggebracht naar € 155.000. Dit betekent dat er over een tijdsinterval van 20 jaar een besparing op dat onderdeel is van € 400.000 (dekking krediet).
Onduidelijk is echter of er negatieve gevolgen voor de exploitatiecijfers in 2020 optreden als gevolg van compensatievergoedingen in verband met Corona gerelateerde zaken voor gederfde inkomsten, maar ook transitiekosten voor de overgang van de renovatie- naar de exploitatiefase. Om die reden stellen wij voor om het vrijvallende bedrag van € 155.000 incidenteel in 2020 aan te wenden voor risico’s waaronder Corona.

q2. Exploitatie zwembaden
De aanbesteding van de exploitatie van de beide zwembaden per 1 januari 2020 is voor de eerstkomende 10 jaar gegund aan Optisport BV. De structurele jaarlijkse exploitatiebijdrage kan vanaf 2020 verlaagd worden van
€ 200.000 naar een bedrag van € 150.000. Dit schept voor het tijdsinterval van 10 jaar een financiële besparing van € 500.000. Vanwege de overgang van renovatie naar exploitatie en de daarmee samenhangende implementatiekosten in 2020 stellen we voor om het voordeel van € 50.000 in 2020 te reserveren.
Onzeker is nog welke consequenties het gebruik van de warmtepompen en zonnepanelen bij de Randoet en het warmtenet bij het Puzzelbad aan (extra) energiekosten betekentVoor dit exploitatierisico en onvoorziene zaken, zoals inhuur externe expertise en niet contract gerelateerde zaken, wordt een bedrag van € 20.000 gereserveerd Een evaluatie staat op de rol na 2 jaar exploiteren. Per saldo nemen de kosten van de exploitatie dus structureel vanaf 2020 € 30.000.

q3. Krediet renovatie zwembaden
Voorgesteld wordt het krediet renovatie zwembaden te verhogen met € 400.000. De kapitaallasten hiervan bedragen jaarlijks € 20.000 en kunnen worden opgevangen binnen het budget zwembaden. Verdere toelichting met betrekking tot het krediet staat vermeld onder “Voortgang kapitaalgoederen (kredieten)”.

r. Voorziening Gebouwenbeheer (PLANON)
Zie toelichting programma 3 onderdeel “m. Voorziening Gebouwenbeheer (PLANON)”.

Voortgang kapitaalgoederen (kredieten)

Terug naar navigatie - Tabel 4.2 Kredieten programma 4
Tabel 4.2 kredieten programma 4
4. Sociaal domein Jaar Status Raming Uitgaven Restant Mutatie
Investeringen
a. Renovatie zwembaden 2018/19 Verhoging 3.047.219 2.065.233 981.986 400.000 N
b. Voorbereidingskrediet Stuifhoek (dekking reserves) 2020 Nieuw 140.000 N
Totaal 4. Sociaal domein 3.047.219 2.065.233 981.986 540.000 N
Terug naar navigatie - Toelichting kredieten

a. Renovatie zwembaden
Bij de renovatie van de zwembaden hebben we te maken met een aantal tegenvallers, te weten de planning, de meerkosten en de Corona-crisis. De planning is uitgelopen, zoals we in de raadsbrief van april 2020 hebben toegelicht. We hebben de hoofdaannemer in gebreke gesteld. De opening van de zwembaden is daarnaast afhankelijk van de verruiming van de Corona-maatregelen. Hierbij zijn we afhankelijk van het beleid van het Rijk en de Veiligheidsregio.
We hebben te maken met een overschrijding op het krediet van € 400.000. Dit heeft te maken met diverse meerkosten en onvoorziene zaken. De overschrijding op het krediet vangen we binnen de totale financiële ruimte van de zwembaden op (zie bovenstaande toelichting onderhoud en exploitatie zwembaden

b. Voorbereidingskrediet Stuifhoek (dekking reserves)
Met de vaststelling van het IHP 2020-2023 maken we een start met de voorbereiding van nieuwbouw basisschool De Stuifhoek in Made per 2023. De richtinggevende keuze voor het scenario 4 in de Visie Made om het huisvestingstekort in Made op te lossen, dus nieuwbouw Stuifhoek per 2023, heeft als financiële consequentie dat we een voorbereidingskrediet nodig hebben om dit scenario in 2020-2021 verder uit te werken en door te rekenen. De raad heeft ingestemd met een voorbereidingskrediet van € 140.000 (incl. BTW). Dekking komt voor € 70.000 uit de reserve Samen Investeren in Drimmelen en voor € 70.000 uit de Algemene reserve.

Investeringsprognose 2021-2025

Terug naar navigatie - Tabel 4.3. Investeringsprognose programma 4
Tabel 4.3. Investeringsprognose programma 4
Investeringsprognose 2021 - 2025
Prg Nr. Omschrijving Status Invest. Invest. Invest. Invest. Invest. Econ. /
nr. bedrag bedrag bedrag bedrag bedrag Maatsch.
2021 2022 2023 2024 2025 nut
Thema Sport en bewegen
4 51 Renovatie toplaag grasveld A de Schietberg Nieuw opgenomen 12.000 Maatsch.
4 52 Renovatie toplaag grasveld B Heesterbosch Nieuw opgenomen 12.000 Maatsch.
4 53 Renovatie toplaag grasveld A Moerbos Nieuw opgenomen 54.000 Maatsch.
4 54 Renovatie toplaag inclusief drainage grasveld D Kwarrenhoek Nieuw opgenomen 54.000 Maatsch.
4 55 Vervanging beregeningsinstallatie de Schietberg Nieuw opgenomen 70.000 Maatsch.
4 56 Renovatie toplaag grasveld A Ruitersvaart Nieuw opgenomen 41.000 Maatsch.
4 57 Vervangen 3 kunststof banen Tennis Ruitersvaart Nieuw opgenomen 76.500 Maatsch.
4 58 Renovatie toplaag kunstgrasveld Kwarrenhoek Nieuw opgenomen 200.000 Maatsch.
Totaal thema Sport en bewegen 24.000 76.500 108.000 70.000 241.000
Totaal Programma 4. Sociaal domein 24.000 76.500 108.000 70.000 241.000
Terug naar navigatie - Toelichting

51. Renovatie toplaag grasveld A de Schietberg
Ter waarborging van en voor het behoud van het kwaliteitsniveau van het veld is de renovatie van de toplaag op basis van waarneming en inspectie 1x in de 30 jaar nodig. Hiervoor wordt gebruikt maakt van de zogenaamde Quadraplay methode.

52. Renovatie toplaag grasveld B Heesterbosch
Ter waarborging van en voor het behoud van het kwaliteitsniveau van het veld is de renovatie van de toplaag op basis van waarneming en inspectie 1x in de 30 jaar nodig. Hiervoor wordt gebruikt maakt van de zogenaamde Quadraplay methode. Indien noodzakelijk worden eveneens de doelen en ballenvangers vervangen.