3. Ruimte, wonen en economie

Inleiding

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De hoofddoelstelling van het programma is:

- Het bevorderen van economische vitaliteit en werkgelegenheid in Drimmelen in een proactieve houding
- Drimmelen recreatief op de kaart zetten en de kansen benutten van het Nationaal Park De Biesbosch
- Drimmelen profileren als aantrekkelijke woongemeente
- Zorgen voor de bouw van voldoende woningen in alle kernen en in alle prijsklassen. Hierbij is gasloos en energieneutraal bouwen het uitgangspunt. Waar mogelijk wordt levensloopbestendig gebouwd.
- Drimmelen energieneutraal in 2040

In het coalitieprogramma Een mooi en gezond Drimmelen maken we SAMEN ! staat:
- Het bevorderen van de economische vitaliteit en werkgelegenheid in Drimmelen in een proactieve houding. Drimmelen recreatief op de kaart zetten en de kansen benutten van Nationaal Park De Biesbosch.
- We zorgen voor de bouw van voldoende woningen in alle kernen en in alle prijsklassen. Hierbij is gasloos en energieneutraal bouwen het uitgangspunt en waar mogelijk levensloopbestendig.

Het programma is uitgewerkt in vijf thema’s. De doelstellingen zijn uitgewerkt in de volgende thema’s en bijbehorende subdoelstellingen:

  1. Versterken vrijetijdseconomie
  2. Versterken economische structuur
  3. Wonen
  4. Duurzaamheid
  5. Leefomgeving.

3.1 Versterken vrijetijdseconomie

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

3.2 Versterken economische structuur

3.3 Wonen

3.4 Duurzaamheid

3.5 Leefomgeving

Financiële afwijkingen

Terug naar navigatie - Tabel 3.1. Overzicht financiële afwijkingen bestaand beleid
Tabel 3.1. Overzicht financiële afwijkingen bestaand beleid
3. Ruimte, wonen en economie 2020 2021 2022 2023 2024
Financiële mutaties (bedragen x € 1.000)
a1. Land- en tuinbouwgronden 91 V 8- N 8- N 8- N 8- N
a2. Overige grondzaken 129 V
b1. Projecten Toerisme en recreatie (uitvoeringsprogramma) 40- N
b2. Projecten Toerisme en recreatie (inhuur personeel) 25- N
c. Project Haven Lage Zwaluwe 233- N
d. Project Haven Terheijden (onderhoud haven) 63 V 8- N 8- N 8- N 8- N
e1. Energietransitie: reserve duurzaamheid 158- N
e2. Energietransitie: subsidie Regeling Reductie Energieverbruik (RRE) - -
f1. Omgevingsvergunning - leges bouwdeel 97 V
f2. Omgevingsvergunning algemeen / bouwdeel 97- N
g1. Afvalstoffenheffing (reserve Nazorg stortplaats Zevenbergen) 276- N
g2. Toerekening uren extra formatie milieustraat (voorziening afv.st.heffing) - - - - - - - - - -
h. Ruimtelijke ordening (reserve herziening bestemmingsplannen) 56- N
i. Actualisatie geurhinder en veehouderij 16- N
j. G.R.: Regio West-Brabant: Economie / Rewin 11 V 10 V 10 V 10 V
k. G.R.: Regio West-Brabant: regioarcheologie 8- N 8- N 9- N 9- N
l. G.R.: Omgevingsdienst Midden en West-Brabant 16- N 16- N 16- N 16- N
m. Voorziening Gebouwenbeheer (PLANON) 7 V 7 V 7 V 7 V 7 V
n. Gemeentelijke monumenten (reserve) - -
o. Opstellen actieplan biodiversiteit 4- N
p1. Omgevingswet: implementatiekosten 99- N 151- N
p2. Omgevingswet: digitalisering 80- N 130- N 130- N 130- N
p3. Omgevingswet: omgevingsplan - - - - - -
p4. Omgevingswet: functioneel beheer Squit20/20 45- N 45- N 45- N 45- N
q. Grondbedrijf: onderzoek 30- N
r. Aanleg fietspad Beverpad (raadsbesluit) 68- N 2- N 2- N 2- N 2- N
s. G.R.: Parkschap de Biesbosch 2- N 2- N 2- N 2- N
t. Kapitaallasten: mutaties investeringsprognose 2021 e.v. (stroomkasten) 15- N 15- N 15- N
u. G.R.: Nazorg stortplaatsen - - - -
v. Dekking formatie uitbreiding 72 V 15 V
w. Sociaal cultureel dorpshart Made 250- N
x. Biesboschjaar 2021 18- N
Diverse kleine verschillen 11- N
Totaal Ruimte, wonen en economie 920- N 287- N 216- N 217- N 217- N
Verschuiving tussen programma’s
g2. Toerekening uren extra formatie milieustraat 17 V 17 V 17 V 17 V 17 V
v. Dekking formatie uitbreiding (Alg. dekkingsmiddelen / bedrijfsvoering) 72- N 15- N - - -
Totaal verschuivingen tussen programma's 55- N 2 V 17 V 17 V 17 V
Mutatie reserves
b1. Reserve Toerisme en recreatie 40 V
b2. Reserve Drimmelen op de kaart 25 V
c. Reserve Verbetering toeristische infrastructuur haven Lage Zwaluwe 233 V
d. Reserve Herstel kunstwerken havens 100 V
d. Reserve Kapitaallasten 163- N 8 V 8 V 8 V 8 V
e. Reserve Duurzaamheid 158 V
g. Reserve Nazorg stortplaats Zevenbergen 276 V
h1. Reserve Herziening bestemmingsplannen: inzet beginstand reserve 56 V
h2. Reserve Herziening bestemmingsplannen: correctie stortingen / onttrekk. 8- N 43- N 27 V 27 V 27 V
p1. Algemene reserve (inplementatiekosten omgevingswet) 99 V 151 V
n. Reserve Behoud gemeentelijke monumenten (vrijval) 76 V
r. Algemene reserve (fietspad Beverpad 50%) 54 V
r. Reserve Samen Investeren in Drimmelen (fietspad Beverpad 50%) 54 V
r. Reserve Kapitaallasten (fietspad Beverpad) 103- N 5 V 5 V 5 V 5 V
w. Algemene reserve 250 V
x. Reserve Samen Investeren in Drimmelen 18 V
Totaal mutatie reserves 1.164 V 122 V 40 V 40 V 40 V
Totaal 3. Economie na dekking 244 V 165- N 176- N 177- N 177- N
Terug naar navigatie - Toelichting tabel 3.1

Toelichting tabel 3.1

a1. Land- en tuinbouwgronden
Inhuur rentmeester
Voor actualisering reguliere pachtcontracten wordt in 2020 de rentmeester ingezet. Deze uren zijn incidenteel en geraamd op een kostenpost van ca. € 10.000.

Verkoop cultuurgronden
In 2020 zijn reguliere eeuwigdurende pachtgronden verkocht. Over deze gronden kan de gemeente niet vrij beschikken en de gronden zijn ook niet in beeld voor toekomstige ontwikkelingen. De verkoop resulteert in een eenmalige grondopbrengst van ca. € 109.000.

Vermindering pachtopbrengsten
Door het verkopen van de reguliere en geliberaliseerde pachtgronden zijn er structureel minder pachtinkomsten van ca. € 8.000 (jaarlijks).

a2. Overige grondzaken
Verkoop reststroken
In de eerste maanden van 2020 zijn meer reststroken verkocht dan verwacht. Er zijn 18 reststroken verkocht aan particulieren en 69 reststroken aan Woonvizier. De opbrengst uit deze verkopen van reststroken bedraagt ca. € 153.000. Dit betekent extra inkomsten van ca. € 133.000 (primaire begroting € 20.000).

De totale werkzaamheden voor reststroken worden in 2020 afgerond. Voor de ongeregistreerde gebruiken worden in 2020 definitieve afspraken vastgelegd. Dat is tijdrovend en omvangrijk. De extra kosten worden voor 2020 geraamd op ca. € 49.000. Voor het verkopen van gronden is in de “Nota Grondbeleid 2016-2020” vastgesteld dat er 2 onafhankelijke taxaties moeten worden verricht. Voor 2020 wordt een totaal aan kosten verwacht van ca. € 8.000. In de “Nota Reststroken 2016” is vastgelegd dat bij terugname van reststroken de grond opnieuw wordt ingericht. Voor 2020 zijn extra kosten te verwachten van € 2.500.

Verkoop water haven lage Zwaluwe
Voor de ontwikkeling van een bedrijf in de buitenhaven in Lage Zwaluwe is water inclusief ondergrond verkocht. Deze extra eenmalige opbrengst van € 55.965 wordt volgens de BBV voorschriften verantwoord onder “Overige grondzaken”.

b1. Projecten Toerisme en recreatie (uitvoeringsprogramma)
Van de beschikbare toeristenbelasting 2018-2019 is een reserve ontstaan van € 40.000. Door wisselingen op de functie van beleidsmedewerker vrijetijdseconomie is de toeristenbelasting niet geheel gebruikt in 2018-2019. Deze reserve wordt nu gebruikt voor een inhaalslag op het gebied van een toeristisch financieel effect onderzoek (TEO), het plaatsen en inrichten van Toeristische Informatie Punten (TIP’s), Fiets- en wandelroutes en een nieuwe beleidsvisie vrijetijdseconomie.

b2. Projecten Toerisme en recreatie (inhuur personeel)
De gemeenteraad heeft een bedrag van € 250.000 voor in de komende jaren ter beschikking gesteld voor inhuur personeel om diverse toerisme en recreatie projecten uit te voeren. Bij de Najaarsnota 2019 is hiervan een bedrag opgenomen van € 25.000 voor inhuur in 2019. Door vertraging zijn deze uitgaven niet gedaan in 2019. Voorgesteld wordt om dit bedrag nu in 2020 in te zetten.

c. Project Haven Lage Zwaluwe
Het actieplan voor de haven Lage Zwaluwe wordt geactualiseerd.

d. Project Haven Terheijden (onderhoud haven)
Het college heeft besloten, vooruitlopend op het raadsbesluit en conform de raadsbrief die u eerder dit voorjaar is toegestuurd, de kwalitatieve verbetering van de haven te starten. De slechte houten palen orden vervangen door stalen palen. Het werk wordt in 2020 uitgevoerd.

e1. Energietransitie: reserve duurzaamheid
Dit jaar gaan we stevig aan de slag met het Plan van Aanpak energieneutrale dorpen. Dat doen we samen met onze inwoners. We organiseren per dorp een informatieavond (kick off) en gaan daarna per dorp met werkgroepen aan de slag. Voor de technische kennis, ondersteuning van het proces en de algehele organisatie betrekken we externe bureaus. Verder wordt er een start gemaakt met de Transitie Visie Warmte. Ook in dat proces, dat eind 2021 afgerond moet zijn, gaan we de bewoners nadrukkelijk betrekken en huren we extra externe ondersteuning in.

De nieuw opgerichte energiecoöperatie Opgewekt Drimmelen ondersteunen we waar mogelijk en we zoeken samenwerking in de uitvoering van projecten.
Vanuit het programma Brabant Geeft Energie is er een subsidie toegekend aan de samenwerkende stichtingen in onze gemeente. De gemeente heeft de subsidieaanvraag mede ondertekend en zal een bijdrage leveren en samenwerking zoeken bij de uit te voeren projecten.
De inzet van onze energieambassadeurs gaan we een extra impuls geven.

Communicatie over de energietransitie naar onze bewoners is cruciaal. Daarom gaan we ook hier in 2020 extra op inzetten.

Voor bovengenoemde werkzaamheden en activiteiten is extra budget nodig en willen we de reserve Duurzaamheid uit 2019 (€ 158.000) gaan inzetten.

e2. Energietransitie: subsidie Regeling Reductie Energieverbruik (RRE)
Eind 2019 hebben we samen met het Regionaal Energieloket een aanvraag ingediend voor de Regeling Reductie Energiegebruik (RRE). Deze aanvraag is gehonoreerd met een bijdrage van € 184.364. Samen met het Regionaal Energieloket organiseren o.a. we wijkgerichte acties voor het verder verduurzamen van woningen en collectieve inkoopacties voor zonnepanelen en isolatie. Ook zullen we onze energieambassadeurs nadrukkelijk betrekken bij de uitvoering. Aan de toekenning van deze subsidie is een inspanningsverplichting verbonden om ruim 2.000 woningeigenaren met de verschillende activiteiten te bereiken. De regeling kent een verplichting tot terugbetaling naar rato van het aantal te weinig bereikte woningeigenaren.

De aanleg van het warmtenet in Terheijden wordt gefinancierd vanuit de rijksbijdrage voor de proeftuinen aardgasvrij. Na de definitieve oplevering wordt het warmtenet door middel van de vestiging van opstalrecht overgedragen aan het Eerste Traaise Warmtebedrijf (ETW). Het deel van de rijksbijdrage dat bestemd is voor de bijdrage in de huisaansluitingen is als subsidie aan het ETW toegekend.

f1. Omgevingsvergunning - leges bouwdeel
f2. Omgevingsvergunning algemeen / bouwdeel
Het aantal aanvragen voor vergunningen voor middel grote tot grote projecten in hoger dan met de begroting is voorzien. Dit leidt daardoor tot meer legesinkomsten (€ 97.000).

Door het grote aantal aanvragen (meer dan verwacht) en de benodigde inzet voor de implementatie van de Omgevingswet, is het noodzakelijk om de accountmanagers voor de omgevingsvergunning te ondersteunen in hun taken. Omdat zij de ingang vormen van het vergunningen proces is het van extra belang dat zij goed en tijdig hun werk kunnen doen. In die ondersteuning wordt voorzien door extra inhuur van een administratieve en inhoudelijke krachten, en tijdelijke uitbreiding van uren van eigen medewerkers (€ 70.000).

Voor de vervanging van het vergunningen registratiesysteem is extra inzet benodigd. De vervanging is noodzakelijk om het vergunningenproces door te kunnen laten lopen als de omgevingswet in werking treed. Binnen de afdeling zijn op dit moment noch de capaciteit als de expertise aanwezig om alle werkzaamheden voor deze implementatie uit te kunnen voeren. Daarom is tijdelijke inhuur van een functioneel beheerder noodzakelijk om implementatie mogelijk te maken (€ 27.000).

f1. Omgevingsvergunning - leges bouwdeel
Voor de vervanging van het vergunningen registratiesysteem is extra inzet benodigd. De vervanging is noodzakelijk om het vergunningenproces door te kunnen laten lopen als de omgevingswet in werking treed. Binnen de afdeling zijn op dit moment noch de capaciteit als de expertise aanwezig om alle werkzaamheden voor deze implementatie uit te kunnen voeren. Daarom is tijdelijke inhuur van een functioneel beheerder noodzakelijk om implementatie mogelijk te maken (€ 27.000).

Door het grote aantal aanvragen (meer dan verwacht) en de benodigde inzet voor de implementatie van de Omgevingswet, is het noodzakelijk om de accountmanagers voor de omgevingsvergunning te ondersteunen in hun taken. Omdat zij de ingang vormen van het vergunningen proces is het van extra belang dat zij goed en tijdig hun werk kunnen doen. In die ondersteuning wordt voorzien door extra inhuur van een administratieve en inhoudelijke krachten, en tijdelijke uitbreiding van uren van eigen medewerkers (€ 70.000).

f2. Omgevingsvergunning algemeen / bouwdeel
Het aantal aanvragen voor vergunningen voor middel grote tot grote projecten in hoger dan met de begroting is voorzien. Dit leidt daardoor tot meer legesinkomsten (€ 97.000).

g1. Afvalstoffenheffing (reserve Nazorg stortplaats Zevenbergen)
In de reserve voor de overdracht van de Nazorg stortplaats Zevenbergen is een bedrag opgenomen van € 279.610. De overdracht van de stortplaats Zevenbergen is met 5 jaar uitgesteld tot 11 juni 2024. De reden voor dit uitstel is de uitvoering van een vervolgstudie naar haalbare alternatieven voor het stortbeheer, een zogenaamde ALM-studie (Asset Liability Management studie). Deze is er op gericht te financiële risico’s te verkleinen. Hierdoor is de reservering van € 279.610 op dit moment niet meer nodig. In de risicoparagraaf nemen we de overdracht van de stortplaats Zevenbergen op. We stellen voor de reserve voor de overdracht van de Nazorg stortplaats Zevenbergen op te heffen en te storten in de voorziening Afvalstoffenheffing om deze weer op niveau te brengen.

g2. Toerekening uren extra formatie milieustraat (voorziening afvalstoffenheffing)

Dit betreft een urencorrectie van een medewerkster in de milieustraat. De kosten 2020 hiervan worden gedekt vanuit de voorziening afvalstoffenheffing en worden betrokken bij de berekening bij de tariefbepaling vanaf 2021 e.v.

h. Ruimtelijke ordening (reserve herziening bestemmingsplannen)
Voorgesteld wordt om deze reserve op te heffen aangezien dit een structurele taak is van de gemeente, en ook vanwege de geringe omvang per jaar (gemiddeld). Het overschot wat in de reserve aanwezig is zal dit jaar nog benodigd zijn voor de structuurvisie.

i. Actualisatie geurhinder en veehouderij
De Quickscan geurhinder en veehouderij uit 2008 is geëvalueerd en geactualiseerd waarbij nu ook de fijnstofsituatie en de risicocontouren endotoxinen (gezondheid) voor de gehele gemeente in beeld is gebracht. Hiermee kan onder andere een inschatting gemaakt worden van het woon- en leefklimaat en risico’s voor gezondheid . Actualisatie was noodzakelijk voor bijvoorbeeld de omgevingsvisie.

j. G.R.: Regio West-Brabant: Economie / Rewin In de begroting is een te hoog bedrag geraamd voor het onderdeel Economie / Rewin. Deze kan op basis van de begroting RWB neerwaarts bijgesteld worden.

k. G.R.: Regio West-Brabant: regioarcheologie In de begroting is een lager bedrag geraamd dan is opgenomen in de begroting van de RWB. De raming is gebaseerd op de werkelijke gedane uitgaven in het verleden. Daarnaast wordt een deel van deze kosten verhaald via de grondexploitaties op projectontwikkelaars. Gezien de toename op de inzet van regioarcheologie wordt voorgesteld om de begrote bedragen vanuit de begroting van de RWB te hanteren.

l. G.R.: Omgevingsdienst Midden en West-Brabant
De verhoging wordt veroorzaakt door indexering bij de OMWB en door het feit dat er extra wettelijke taken bij komen vanaf 2021: verschuiving van bodemtaken van de provincie naar de gemeenten (uitvoering door OMWB).

m. Voorziening Gebouwenbeheer (PLANON)
Op 5 maart 2020 heeft de gemeenteraad een besluitgenomen om de bestaande storting structureel met ca.
€ 80.000 te verhogen. In het kader van de BBV voorschriften (notitie Materiële vaste activa) is bij de nieuwe berekeningen een splitsing gemaakt tussen klein en groot onderhoud. Alleen groot onderhoud mag in de voorziening worden opgenomen. Het klein onderhoud dient rechtstreeks in de exploitatie verantwoord te worden. De huidige storting is hierdoor als volgt opgebouwd voor het exploitatie onderhoud is een bedrag gereserveerd van € 224.600 en voor de voorziening is een bedrag gereserveerd van € 538.000. Over 4 jaar wordt de gehele planning herzien en opnieuw voorgelegd aan de gemeenteraad.

n. Gemeentelijke monumenten
De reserve is bedoeld om eventuele tekorten of overschotten te verrekenen (egalisatie). Gezien het bedrag en dat er al lange tijd geen mutaties hierop plaats vinden kan deze reserve worden opgeheven. In de begroting zijn voor het behoud van de gemeentelijke monumenten (subsidie) voldoende middelen opgenomen. Het bedrag van de reserve € 75.666,53 valt vrij in de exploitatie (voordeel).

o. Opstellen actieplan biodiversiteit
Het beleidsplan Biodiversiteit is van 2013. Naar aanleiding van een motie in november 2019 is toegezegd het plan te evalueren en voor de komende beleidsperiode een actieplan op te stellen.

p1. Omgevingswet: implementatiekosten
De Omgevingswet is complex. Het gaat niet alleen om een grote wetswijziging, maar ook om een andere manier van werken. Daarnaast is aan de invoering van deze wet een grote digitaliseringsopgave gekoppeld.

Via een project is de gemeente Drimmelen daarom al vanaf 2017 bezig met het invoeren van deze wet. Hiervoor is ook projectbudget beschikbaar gesteld. Voor 2020 gaat het om € 560.000 en voor 2021 om € 130.000. Daarnaast was er nog een restant van 2019, waardoor het budget voor 2020 € 625.000 bedraagt. In totaal is nog € 755.000 beschikbaar voor de invoering van de Omgevingswet.

Dit budget wordt gebruikt voor de omgevingsvisie, de voorbereidingen omgevingsplan, de digitaliseringsopgave, de organisatieontwikkelingen, de opleidingen, communicatie-activiteiten en voor uitbesteding regulier werk en inhuur van ondersteuning.

De invoering is veel werk en complex. Daarbij is sprake van een capaciteitsknelpunt binnen de gemeentelijke organisatie. Op 4 februari besloot het college daarom om de wet in te voeren volgens ‘de basis op orde’: voldoen aan de wettelijke minimumeisen met enkele extra activiteiten zoals de omgevingsvisie en het experiment Vergunningtafel Omgevingswet. Na inwerkingtreding van de Omgevingswet kan toegewerkt gaan worden naar het vastgestelde onderscheidende ambitieniveau.

Coronacrisis en uitstel Omgevingswet
In mei wordt bekend gemaakt wat de nieuwe datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet wordt. Voorlopig gaan we uit van 1 juli 2021 (maar dit is niet zeker!).
Door de coronacrisis en het uitstel loopt de invoering van de Omgevingswet op enkele fronten vertraging op. De invoering loopt daarom door in 2021.

Naast de gevolgen van de coronacrisis en uitstel Omgevingswet is er nog steeds een capaciteitsknelpunt rond de invoering van de Omgevingswet. Ondanks het besluit om de wet in te voeren volgens de ‘basis op orde’. Op enkele afdelingen is er door andere werkzaamheden te weinig tijd om aan de invoering van de Omgevingswet te besteden, terwijl het gaat om een wettelijk verplichte taak. Er is daarom kritisch gekeken naar de ureninzet voor de invoering van de Omgevingswet. Dit heeft geleid tot een kleine bijstelling in de uren. Daarnaast is besloten om de leergang Omgevingsplan te schrappen. De gevraagde ureninzet die dan overblijft is echt noodzakelijk om de Omgevingswet volgens ‘de basis op orde’ in te voeren. Maar ook deze uren kunnen niet door alle afdelingen geleverd worden.

Dit levert de volgende knelpunten op voor de rest van 2020 en voor 2021:
1. Digitaliseringsopgave:
Vanwege uitstel van de Omgevingswet maken we extra kosten voor de functioneel beheerder Squit20/20 (moet langer blijven), de implementatie van Squit 20/20 en voor Berkely Bridge (toepasbare regels). Daarnaast is ondersteuning nodig bij aansluiting op de landelijke voorziening van het Digitaal Stelsel Omgevingswet. In totaal bedragen de extra kosten € 59.333,33. Een deel van deze extra kosten wordt naar verwachting nog in 2020 gemaakt en een deel van de kosten in 2021. Voor het deelproject digitalisering is voor de jaren 2020 en 2021 samen € 300.000 beschikbaar. Daar blijven we ook met deze extra kosten binnen. De extra kosten worden dus gedekt door het beschikbare projectbudget.
2. Projectondersteuning:
We huren nu projectondersteuning in voor 24 tot 32 uur per week. Deze uren zijn nodig, ook al wordt de Omgevingswet uitgesteld. Er gaan veel uren zitten in de voorbereiding van (participatie)bijeenkomsten, communicatie-activiteiten en de algemene projectondersteuning. Uitgaande van inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 juli 2021 hebben we een half jaar langer projectondersteuning nodig. Ook in 2021 zal dit naar verwachting 24 uur tot 32 uur per week zijn. De extra kosten hiervoor bedragen max € 35.000.
3. Projectleider invoering Omgevingswet:
De projectleider heeft 25 uur per week voor Omgevingswet en duurzaamheid. Dit was te weinig. Daarom werkt ze in 2020 meer uren. Uitstel van de wet maakt dit het komend half jaar niet anders. De komende maanden komen er een aantal bijeenkomsten voor zowel de Omgevingswet als duurzaamheid. Daarnaast moeten er komend half jaar belangrijke keuzes gemaakt worden door het gemeentebestuur en MT rond dienstverlening onder de Omgevingswet, wel of niet of minder regelen en hoe, rolverdeling raad en college, organisatie-ontwikkeling enzovoort. De begeleiding hiervan kost veel tijd. In 2021 wordt dit niet veel anders. Dan worden er veel besluiten genomen, geoefend en komt er een nazorgplan. Ook in de eerste helft van 2021 is extra ureninzet nodig. De kosten voor de inzet in 2021 worden geschat op € 7.500.
4. Capaciteitsknelpunt afdeling Dienstverlening en Ondersteuning:
Men ervaart op dit moment een spanning tussen invoering van de Omgevingswet en de werkzaamheden voor de Drank- en Horecawet. Om de gevraagde inzet voor de Omgevingswet te kunnen leveren, moeten werkzaamheden voor de Drank- en Horecawet uitbesteed worden. Het gaat dan om een kostenpost van € 14.960 (2020: € 7.480, 2021: € 7.480).
5. Capaciteitsknelpunt afdeling Grondgebied:
De capaciteitsknelpunten spelen vooral bij accountmanagement voor vergunningaanvragen, de dienstverlening aan de bewoners en ondernemers met bouwinitiatieven . De gemeente is verantwoordelijk voor de intake, behandeling en afhandeling van aanvragen. Die dienstverlening willen we beter doen. De omgevingswet vraagt ook om het sneller te doen. Adviezen moeten worden opgehaald bij veel partners in een nieuwe, bredere samenstelling. Ook de interne samenwerking vraagt om herijking van werkprocessen en extra inzet van RO- en milieumedewerkers. Dat capaciteitsknelpunt kan opgelost worden door inschakelen van extra mensen. Dit kan deels opgevangen worden door de legesinkomsten. Er blijft echter wel een knelpunt van 0,4 fte in 2020 en 0,4 fte in 2021. Dit komt uit op een kostenpost van € 89.600.
6. Capaciteitsknelpunt afdeling Openbare Werken:
Bij afdeling Openbare Werken is er afdelingsbreed een knelpunt door de invoering van de Omgevingswet. Het is echter belangrijk dat ze meegenomen worden bij de hele invoering, dat ze hun bijdrage hiervoor leveren. Ook is dit goed voor de betrokkenheid. Het gaat tenslotte om een andere manier van werken, wat onze dienstverlening ten goede komt. Er is wel met werk geschoven, maar dan nog is er in 2020 een tekort van 0,5 fte en in 2021 een tekort van 0,5 fte. Dit komt uit op een kostenpost van € 112.000.

De totale kosten voor invoering van de Omgevingswet komen hiermee uit op € 1.005.071. Gelet op het beschikbare budget van € 755.000 is er dus sprake van een tekort van € 250.071:
2020: € 98.691;
2021:€ 151.380.

Argumenten voor het extra budget:
1. Het gaat om een wettelijk verplichte taak.
2. Iedere gemeente moet voldoen aan de minimale eisen voor de invoering. Voldoen we hieraan niet, dan doen we een stap terug in ons huidig dienstverleningsniveau. Concreet betekent dit dat initiatiefnemers voor meer producten naar de gemeente moeten, omdat dit niet meer digitaal kan. Dit is niet klantvriendelijk, kost de gemeente meer tijd en is dus niet wenselijk. In het bestuursakkoord tussen alle koepels is bovendien afgesproken dat alle partners minimaal het huidig dienstverleningsniveau handhaven. Het kan dus zijn dat er vanuit het Rijk opgetreden gaat worden tegen gemeenten, die niet voldoen aan de minimale eisen.
3. Er zat al veel druk op de oorspronkelijke planning. Nu ontstaat er voor onderdelen meer lucht, maar het gaat nog steeds om veel werk. Achterover leunen kan dus niet. Voortgang bij de invoering is belangrijk. We hebben hierdoor mogelijk wel meer tijd om te kunnen testen en oefenen.
4. Het gaat bij de Omgevingswet vooral om een andere manier van werken. Betrokkenheid vanuit organisatie en gemeentebestuur is daarom erg belangrijk. Deze is er ook en moeten we vasthouden. Dit betekent dat we de invoering, waar dit kan, met enige voortvarendheid moeten blijven oppakken.
5. Vertragen omgevingsvisie is geen optie omdat we vastzitten aan opdrachten aan externen. Ook het anders vormgeven van de participatie is geen optie, omdat de Omgevingswet juist voorschrijft dat de omgevingsvisie met participatie tot stand moet komen.
6. Stoppen met de vergunningtafel Omgevingswet is niet wenselijk, omdat er waardering is voor het experiment en we hiermee ook al best ver zijn. Bovendien kost het dan later meer tijd om alles af te stemmen. Nu zitten alle partijen aan tafel.

p2. Omgevingswet: digitalisering
Vanaf 2021 zijn er rond digitalisering structurele kosten. Vanaf 1 januari 2021 is de gemeente aangesloten op de landelijke voorziening van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO-LV). In 2018 is in een bestuursakkoord tussen Rijk, IPO, VNG en UvW afgesproken dat o.a. de gemeenten een bijdrage betalen voor het beheer van dit DSO-LV. Deze bijdrage wordt jaarlijks gekort op de uitkering vanuit het Gemeentefonds. Voor de gemeente Drimmelen gaat het om een bedrag van circa € 30.000. Dit gaat in vanaf 2020. Voor 2020 wordt dit bekostigd uit het projectbudget, vanaf 2021 moet hiervoor structureel wat geregeld worden.

Daarnaast heeft de gemeente te maken met gemeentelijke functioneel beheerkosten voor het DSO, beheer koppelingen (tussen DSO en bijvoorbeeld Squit 20/20 en Tercera), het bijhouden van informatie binnen het DSO en dergelijke. Deze bedragen circa € 70.000. Dit zijn extra kosten bovenop de al bestaande beheerkosten voor bijvoorbeeld Squit20/20.

Tot slot zijn er nog structurele kosten voor het beheer van de bruidsschat. Bepaalde regels, die nu nog bestaan, verdwijnen straks. De gemeente moet dit zelf gaan regelen in zijn omgevingsplan. Omdat de gemeente tot 2029 de tijd heeft om een omgevingsplan op te stellen, krijgen we zolang overgangsregels vanuit het rijk: de bruidsschat in het DSO. Deze regels moeten in de loop van de tijd geschrapt, aangepast en geactualiseerd worden. Dit beheer kost jaarlijks naar verwachting € 30.000.

De structurele digitaliseringskosten voor de Omgevingswet bedragen dus jaarlijks € 130.000:
• Beheerkosten DSO-LV: € 30.000;
• Beheerkosten DSO gemeente, koppelingen informatie: € 70.000
• Beheerkosten bruidsschat:€ 30.000.
Omdat de inwerkingtreding van de Omgevingswet wordt uitgesteld, liggen deze kosten in 2021 lager. Als uitgegaan wordt van inwerkingtreding per 1 juli 2021 komen de kosten in totaal uit op € 80.000:
• Beheerkosten DSO-LV: € 30.000;
• Beheerkosten DSO gemeente, koppelingen, informatie: € 35.000;
• Beheerkosten bruidsschat: € 15.000.
Samengevat:
? Kosten 2021: € 80.000;
? Kosten vanaf 2022 jaarlijks: € 130.000.

p3. Omgevingswet: omgevingsplan
Na de inwerkingtreding van de Omgevingswet moet het tijdelijk omgevingsplan omgezet worden naar een definitief omgevingsplan. De huidige bestemmingsplannen moeten, waar we dit willen, ingepast worden in het omgevingsplan, evenals onze verordeningen. Daarbij moet het gemeentebestuur eerst besluiten wat we met de huidige bepalingen uit bestemmingsplannen, verordeningen en bruidsschat doen: overnemen, aanpassen of schrappen. De omgevingsvisie vormt de basis voor het definitieve omgevingsplan evenals het vastgestelde onderscheidende ambitieniveau. Het omzetten van een tijdelijk omgevingsplan naar een definitief omgevingsplan is dus geen eenvoudige taak. Hiervoor moeten we waarschijnlijk ondersteuning inhuren. Daarnaast zijn er in de Omgevingswet en de uitvoeringsregelingen voorwaarden gesteld aan de participatie rond het omgevingsplan. Ook hiervoor moeten we kosten maken. Tot slot moet het omgevingsplan dusdanig gedigitaliseerd worden dat het plan opgenomen kan worden in het DSO en ook goed beheerd kan worden. Na vaststelling van het definitieve omgevingsplan is de basis klaar. Daarna volgt beheer en eventuele bijstellingen van het omgevingsplan. De te verwachten kosten voor inhuur deskundigheid, participatie en digitalisering zijn € 25.000 per jaar voor de periode 2021 t/m 2023. Vooralsnog wordt er van uit gegaan dat deze kosten opgevangen kunnen worden binnen het budget herziening bestemmingsplannen (zie ook toelichting “h. Ruimtelijke ordening (reserve herziening bestemmingsplannen”).

p4. Omgevingswet: functioneel beheer Squit20/20
Voor SquitXO was het functioneel beheer niet geregeld. Dit beheer werd er ad hoc bij gedaan door enkele medewerkers van de afdeling Grondgebied, in samenwerking met de ICT-medewerkers. Voor een goed beheer van applicaties is structurele inzet nodig, niet ad hoc. Voor het functioneel beheer van SquitXO en straks Squit20/20 is op jaarbasis 0,5 fte nodig. Deze capaciteit is echter niet beschikbaar.

Goed functioneel beheer van Squit20/20 is ook een randvoorwaarde om de digitaliseringsopgave rond de Omgevingswet goed uit te kunnen voeren. Via het projectbudget hebben we daarom tijdelijk een functioneel beheerder ingehuurd voor 2020. Hiermee borgen we dat we de digitaliseringsopgave rond Squit20/20 en DSO volgens planning en dus tijdig uit kunnen voeren.

Functioneel beheer Squit20/20 is structureel werk, ook los van de Omgevingswet. Vanaf 2021 moet dit functioneel beheer daarom ook structureel geregeld zijn. Het gaat, zoals eerder aangegeven, jaarlijks om 0,5 fte. Binnen de gemeentelijke capaciteit is hier geen ruimte voor.

q. Grondbedrijf: onderzoek
In opdracht van de interim-manager Grondgebied (en met instemming van MT) werd een opdracht uitgezet aan Deloitte, om de problemen op het gebied van samenwerking en communicatie bij de uitvoering van het grondbeleid tussen de afdelingen Grondgebied en Openbare Werken in beeld te brengen. Inmiddels werd het eindrapport door Deloitte opgeleverd en zijn bevindingen en aanbevelingen bekend.

r. Aanleg fietspad Beverpad
In de raad van 5 maart 2020 is besloten om de financiële consequenties te verwerken in de Voorjaarsnota 2020. Voor een inhoudelijk toelichting wordt verwezen naar het raadsvoorstel/ -besluit.

s. G.R: Parkschap de Biesbosch
Vanwege het wegvallen van deelnemersbijdragen vanuit verschillende partners in de afgelopen jaren (provincies Zuid Holland, Noord Brabant en de gemeente Sliedrecht) is de financiering van het Parkschap onder druk komen te staan. Er is over de afgelopen jaren steeds sprake geweest van een beleidsarme begroting waarin de tekorten zijn opgevangen met een heel beperkte verhoging van de deelnemersbijdragen van de nog deelnemende partners. Ondertussen wordt gewerkt aan een oplossing voor de langere termijn. Er wordt toegewerkt naar een nieuwe vorm van samenwerking en de GR wordt opgeheven.

t. Kapitaallasten: mutaties investeringsprognose 2021 e.v.
Dit betreft de kapitaallasten van de vervanging stroomkasten (vanaf 2020 € 15.000 per jaar). Voor een inhoudelijke toelichting zie onderdeel “Investeringsprognose 2021 – 2025”.

u. G.R.: Nazorg stortplaatsen

Op basis van de begroting 2021 zal de bijdrage vanaf 2023 e.v. verhoogd worden van € 38.926 naar € 84.833.
De komende 2 jaar zal worden benut voor het omlaag brengen van het doelvermogen vanaf 2023. Hierbij valt te denken aan de aanpassing (verlenging) van de levensduur van de afdeklaag, van 50 naar 75 jaar, van de stortplaats Bavel-Dorst en deze stortplaats niet meer te laten vallen onder de Leemtewet. Ook voor de stortplaats Zevenbergen worden opties onderzocht om hiervoor de kosten omlaag te brengen. Hierdoor komt het er financieel gunstiger uit te zien. Omdat op het moment van het opstellen van de meerjarenbegroting de bovenvermelde scenario’s nog niet concreet zijn en dus kunnen worden onderbouwd is voorgesteld de dotatie en bijdrage in de jaren 2023 en 2024 in de begroting van de GR NGS nog steeds te baseren op het rekenmodel.
Deze verhoging zal vooralsnog worden meegenomen in de te heffen volume afvalstoffenheffing.

v. Dekking formatie uitbreiding
Dit betreft een aframing van budgetten welke ingezet worden als dekkingsmiddel ten behoeve van (tijdelijke) formatie uitbreiding. Het betreft urenuitbreiding voor economie, omgevingswet en energietransitie.

w. Sociaal cultureel dorpshart Made
Om het vlekken- en stedenbouwkundig plan van het Sociaal cultureel Dorpshart in Made verder uit te werken, onder ander naar een bestemmingsplan met een inrichtingsplan inclusief overeenkomsten, is er voorbereidingsbudget nodig ter dekking van de interne en externe plankosten en (juridische) advisering.

x. Biesboschjaar 2021
In 2021 herdenken we de Sint-Elisabethsvloed van 1421. Samen met de regionale kwartiermaker en Wij zijn Drimmelen worden bijeenkomsten georganiseerd om ondernemers te inspireren activiteiten te organiseren rondom het feestjaar 2021. In september 2020 vindt een brainstormavond met ondernemers en verenigingen plaats. Teneinde de organisatie en initiatieven in het kader van het Biesboschjaar 2021 te financieren is een bedrag gereserveerd van €18.000 uit de reserve Samen Investeren in Drimmelen (SID).

 

Voortgang kapitaalgoederen (kredieten)

Tabel 3.2. Kredieten programma 3

Terug naar navigatie - Tabel 3.2. Kredieten programma 3
Tabel 3.2 kredieten programma 3
3. Ruimte, wonen en economie Jaar Status Raming Uitgaven Restant Mutatie
Investeringen
a. Verlengen fietspad Beverpad 2016 Verhoging 300.000 -28.787 328.787 108.500 N
b. Haven Terheijden vervanging steigers / meerpalen 2020 Nieuw 0 163.300 N
Totaal 3. Ruimte, wonen en economie 300.000 -28.787 328.787 271.800 N

Toelichting kredieten

Terug naar navigatie - Toelichting kredieten

a. Verlengen fietspad Beverpad
De raad heeft op 5 maart 2020 ingestemd met de aanleg van het Beverpad richting Drimmelen. Het plan is aanbesteed en wordt in 2020 aangelegd. De verlenging richting Lage Zwaluwe is in onderzoek: welk tracé is het meest gewenst? Voor de zomer 2020 is hierover meer duidelijk.

b. Haven Terheijden vervanging steigers / meerpalen
Het college heeft besloten, vooruitlopend op het raadsbesluit en conform de raadsbrief die u eerder dit voorjaar is toegestuurd, te starten met de kwalitatieve verbetering van de haven Terheijden. De slechte houten palen worden vervangen door stalen palen. Ook enkele kleinere werkzaamheden vinden plaats. Het werk is aanbesteed en wordt in 2020 gerealiseerd.

Investeringsprognose 2021-2025

Terug naar navigatie - Tabel
Tabel 3.3. Investeringsprognose programma 3
Investeringsprognose 2021 - 2025
Prg Nr. Omschrijving Status Invest. Invest. Invest. Invest. Invest. Econ. /
nr. bedrag bedrag bedrag bedrag bedrag Maatsch.
2021 2022 2023 2024 2025 nut
Thema Versterken economische structuur
3 50 Vervanging stroomkasten Nieuw opgenomen 150.000 Econ.
Totaal thema Versterken economische structuur 150.000 - - - -
Totaal Programma 3. Ruimte, wonen en economie 150.000 0 0 0 0
Terug naar navigatie - Toelichting

50. Vervanging stroomkasten
De stroomkasten in het centrum van Made dienen te worden vervangen. Vervanging is in 2020 is niet haalbaar, aangezien er externe partijen zoals Enexis bij betrokken zijn. De stroomkasten dienen vervangen worden, omdat deze niet meer voldoen aan de norm 60439-1 (nen 1010 en besluit nen 3140). De huidige stroomkasten zijn vóór 1975 geplaatst en zijn niet aan te passen aan deze nieuwe normen.