Kader

Kader

Terug naar navigatie - Kader

2 Kader
Het demissionaire kabinet heeft met hun voorjaarsnota een stap gezet om de gemeenten helderheid te geven over het inmiddels befaamde ravijnjaar 2026. Hierbij is het probleem niet veel kleiner geworden. De afschaffing van de opschalingskorting is geboden als compenserende maatregel van 675 mln. voor een probleem van 3 mld. Daarbij is een extra bezuiniging voor 2025 gekomen van 675 mln. Daar bovenop is met de presentatie van het hoofdlijnenakkoord een bezuiniging van 638 mln. gekomen voor 2026 en verder. Daarmee is onder aan de streep de financiële positie van de gemeenten vooralsnog niet veel verbeterd. Dit alles is nog met veel onzekerheid omgeven. Dat 2026  zonder bezuinigingen niet positief gaat sluiten is helaas wel een zekerheid.

2.1 korte termijn

Het komende begrotingsjaar 2025 laat vooralsnog een positief beeld zien. Daarmee gaat dit college ervan uit dat voor het komende jaar nog zonder grote maatregelen een sluitende begroting op te stellen is.   

Het ravijnjaar 2026 blijft in het verwachte beeld flink negatief met een tekort van ca 2 mln. In 2027 en 2028 neemt dit af tot een tekort van ca 1 mln. Om 2026 sluitend te krijgen zijn flinke bezuinigingen nodig die niet allemaal ook in de jaren daarna nodig zijn. Een sluitende begroting 2026 zou dan betekenen dat volgens dit college zorgvuldig opgebouwde voorzieningen en beleid afgebroken worden die daarna weer tegen meerkosten opgebouwd zouden moeten worden. Dit is een desinvestering die het college niet wil doen. Daarentegen is het wel noodzakelijk om maatregelen te gaan nemen, de jaren na 2026 sluiten immers ook niet. Er lijkt daarmee de komende jaren sprak te gaan zijn van een structureel tekort. Het extra tekort voor 2026 zal dit college voorlopig, gezien het incidentele karakter, ook incidenteel dekken vanuit de algemene reserve.

2.2 lange termijn

Naast het tekort wat we nu in het financiële beeld zien ontstaan voor deze jaren, verwachten we, dat we in deze jaren ook nog investeringen willen doen. Hiervoor is het noodzakelijk maatregelen te nemen die het tekort gaan oplossen. Omdat 2025 nog een positief beeld laat zien is er meer tijd om hier vorm en inhoud aan te geven. Dit college gaat dit naar de komende en volgende begroting voorbereiden.

2.3 Scherper aan de wind

Om de komende jaren financieel gezond te blijven en voor 2027 en verder ook een positief saldo te hebben zullen we scherper aan de wind moeten gaan varen. Dit betekent dat we kritischer moeten zijn op nieuwe kosten. De eerste maatregel die we nemen is dat op korte termijn onvermijdbare verhoging van kosten niet meer automatisch voor meerdere jaren worden opgenomen. Deze worden eerst kritisch bezien of de verhoging niet tot aanpassing van het beleid moet leiden om deze te dempen voor komende jaren. 

Voor de langere termijn zal het college de belangrijkste dossiers gaan verzamelen waar we de komende jaren veel kosten verwacht worden zoals het sociale domein. Deze dossiers worden de komende periode vervolgens bezien op de mogelijkheden voor besparingen. Daarmee worden scherpere en bewustere keuzes gemaakt. 

Het aantal nieuwe plannen zal gezien de financiële situatie helaas beperkt worden. Nieuwe plannen worden dan ook scherper bezien op noodzakelijkheid. Voor het fysieke domein gaan we investeringen combineren met gelden die we ontvangen van het rijk en uit de regio. Daarmee blijven investeringen mogelijk als we deze meer richten op bredere doelstellingen.

Daarnaast gaan we wel scherper worden op realiteit van de uitvoering van de investeringen die we doen. Waar we achterstanden hebben omdat we meer plannen dan reëel haalbaar is, zetten we investeringen verder weg in de tijd. Hierdoor zal een voordeel ontstaan op de kapitaallasten. 

Om de begroting op langere termijn weer sluitend te krijgen sluit het college aanvullende maatregelen niet uit. In de aanloop naar de volgende begroting wordt dan ook een breder onderzoek gedaan naar mogelijke besparingen.

2.4 Knelpunten

Het college ziet een aantal uitdagingen die de komende jaren een plek moeten krijgen. Denk hierbij aan opgaven rondom onderwijshuisvesting, sportaccomodaties, organisatie ontwikkeling en strategische grondverwervingen. Richting komende begrotingen wordt nagedacht hoe we hier vorm en inhoud aan kunnen geven.

Voor de korte termijn, het jaar 2025, ziet het college een aantal knelpunten die ondanks het krappe budget opgelost moeten worden. Het betreft voornamelijk investeringen die nodig zijn om later financiering binnen te kunnen halen.

*€1.000,-
Knelpunten 2024 2025 2026 2027 2028
Visie lage Zwaluwe -120 N -80 N
Gat van Ham -100 N
Grootschalige energie-infraprojecten -100 N -100 N
Regionale samenwerking -30 N -30 N -30 N -30 N
Projectleider implementatie Strategieplan Jeugd -90 N
Veilige sport en schoolroutes -100 N
Dekking uit reserve bovenwijks 100 V
Totaal -100 N -440 N -110 N -30 N -30 N
*€1.000,-
Inclusief knelpunten 2024 2025 2026 2027 2028
Geprognosticeerd beeld 633 V 311 V -2.042 N -1.215 N -1.066 N
Saldo AR 10.857 V 11.168 V 9.127 V 7.912 V 6.846 V

Toelichting
Dorpsvisie Lage Zwaluwe (Coalitieakkoord)
Samen met de bewoners van Lage Zwaluwe is een dorpsvisie opgesteld. De ontwikkeling van een bruisend dorpshart heeft daarbij de eerste prioriteit. In het dorpshart moeten verschillende functies zoals de dorpshuisfunctie, maatschappelijke voorzieningen, horeca, detailhandel én wonen bij elkaar komen. Natuurlijk moet het ook een aantrekkelijk dorpshart worden waar mensen elkaar graag ontmoeten en activiteiten organiseren. Hierbij horen ook veilige langzaam verkeerroutes, speelvoorzieningen, water en groen. De ontwikkeling van een dorpshart moet tot stand komen door samenwerking van maatschappeljke en private partijen, samen met de gemeente. Participatie van bewoners is hierbij eveneens van belang. Voorgesteld wordt om middelen op te nemen voor de inhuur van capaciteit in 2025.                            
Daarnaast wordt voorgesteld om in 2026 een masterplan op te stellen voor het gebied tussen de Flierstraat en de Amer. Ook dit gebied heeft prioriteit gekregen in de Dorpsvisie. Voor het gebied zijn verkeerskundige, parkeertechnische, recreatieve en natuuropgaven benoemd. Voorgesteld wordt middelen op te nemen voor het opstellen van een masterplan. Ook hier worden de bewoners nadrukkelijk betrokken bij het opstellen van het masterplan. 

Gat van den Ham (Coalitieakkoord)
In 2023 is gestart met de opgave uit het coalitieakkoord om een visie te ontwikkelen voor het gebied tussen Drimmelen en het Gat van den Ham. Van het gebied is een inventarisatie/analyse opgesteld (bodem, water, cultuurhistorie enz.). Daarnaast is er bekeken met welke beleid (landelijk, provinciaal, gemeentelijk) we in zo'n ontwikkeling te maken hebben. Met het Waterschap en de Provincie zijn oriënterende gesprekken gevoerd. 
Dit jaar worden de gesprekken gevoerd met de grootste grondeigenaren in het gebied over welke toekomst en welk perspectief zij nodig hebben voor hun grond/bedrijf en in hoeverre investeringen in recreatie en/of natuur bijdragen aan dat toekomstbeeld. Het streven is om eind 2024 een beter beeld van/inzicht te hebben in de (financiële) haalbaarheid en de vervolgaanpak te bepalen. Ook zetten we de mogelijkheden voor o.a. cofinanciering en subsidies op een rij.
Voorgesteld wordt om ook voor 2025 middelen te reserveren voor dit project. Afhankelijk van de resultaten van het haalbaarheidsonderzoek van 2024 kan een visie worden opgesteld en uitgewerkt naar concrete plannen.

Grootschalige energie-infra projecten 
Het gebied Drimmelen-Moerdijk-Geertruidenberg wordt als belangrijk gebied gezien voor de energievoorziening van Nederland. Het Rijk wil verschillende grootschalige energie-infratrajecten laten landen in dit gebied. Denk aan 380 KV, aanlanding wind op zee etcetera. Veel van deze infrastructuur komt door onze gemeente te lopen ofwel de gemeente is het doorvoergebied voor deze trajecten. Recent heeft u hierover een uitgebreide raadsbrief van ons ontvangen.
Al deze ontwikkelingen zijn complex. Dit vraagt het aanbrengen van structuur, goede communicatie en participatie en een goede positionering van de gemeente Drimmelen. Daarom is hier extra ambtelijke capaciteit voor nodig. De kosten hiervoor kunnen we op een later moment verhalen via de financiële tegemoetkoming, die de gemeente ontvangt voor Nederwiek 3. Maar totdat deze middelen beschikbaar komen, moeten we deze kosten voorfinancieren. Deze kosten worden voor 2024 en 2025 geschat op € 100.000 per jaar. 


Regionale Samenwerking
Er vindt op dit moment een heroriëntatie plaats op de wijze waarop we regionaal samenwerken. De RWB wil zich toeleggen op de economische ontwikkeling van onze regio, met een focus op plantaardig, circulair en innovatief. Taken die passen binnen dit pakket worden bij de RWB afgestoten en overgedragen naar andere samenwerkingsverbanden. Tegelijkertijd met de nieuwe focus van de RWB, worden er mogelijkheden verkend om andere samenwerkingen in de regio verder vorm te geven. Zo wordt samenwerking binnen de Stedelijke Regio Breda Tilburg (SRBT) en de Baronie verder uitgedacht. Op integraal, ruimtelijk-strategisch niveau maken we deel uit van de SRBT. Hier wordt gezocht naar een duurzamere vorm van samenwerking. Op breed, tactisch-operationeel niveau werken we al samen binnen het Baronie verband en dit kan verder geïntensiveerd worden. Er wordt nagedacht over de governance en taken die binnen de samenwerkingsverbanden passend zijn. Dit jaar moet er duidelijkheid komen over de vraagstukken rondom regionale samenwerking: waar verschillende taken landen en wat de juiste vormen van governance worden. Omdat deze vragen op dit moment nog niet duidelijk beantwoord kunnen worden, is het moeilijk te voorspellen wat de financiële gevolgen zijn van deze heroriëntatie en wat het capacitair van ons gaat vragen.

Implementatie Strategieplan Jeugd
De projectleider implementatie houdt zich bezig met de implementatie in Drimmelen en Geertruidenberg van de Regiovisie en het Strategieplan Jeugd West-Brabant Oost (WBO). Als Regio WBO maken we een beweging naar de voorkant. We willen dat jeugdigen en hun ouders leren omgaan met het feit dat hobbels bij het leven horen. We organiseren de jeugdhulp zó dat kleine problemen klein blijven en grote problemen de juiste aandacht krijgen. We kijken met een integrale blik naar de hele context van het gezinssysteem. Is er ondersteuning nodig, dan organiseren we die ‘zo thuis mogelijk’. Ouders en jeugdigen hebben daarbij de regie. Dit is in de regio WBO door de vijf gemeenteraden vastgesteld in de regiovisie Jeugd (2022).

We gaan per 1-1-2025 starten met een Proof of Concept (PoC) voor de gemeente Drimmelen en Geertruidenberg. Dit is een opmaat naar een stevig lokaal team per 1-1-2027. Meer specifiek gaan we in 2025 aan de slag met:
- Implementatie minimale variant van de herinrichting van het jeugdhulplandschap per 1 januari 2025 op het niveau van de twee gemeenten.
- Onderzoek over de haalbaarheid voor een integraal loket sociaal domein op het niveau van de gemeente Drimmelen en Geertruidenberg en adviseert hierover.
- Advisering over een concrete aanpak van de realisatie van het jeugdhulplandschap binnen Drimmelen en Geertruidenberg op de langere termijn richting 2030.

Veilige sport en schoolroutes

We maken alle sport- en schoolroutes in de kernen veiliger. Denkbare maatregelen zijn onder andere het aanpassen van knelpunten, plaatsen van dynamische verlichting en bewustwording. De eerste kern die we aanpakken is Wagenberg. Hier starten we dit jaar en volgens de planning is het werk eind 2024 klaar. De kosten worden geschat op circa € 360.000, waarvan circa € 260.000 beschikbaar is. De voorbereidingen voor de volgende kernen: Terheijden en Lage Zwaluwe, zijn al begonnen en volgen in 2025.