De financiële kengetallen in de jaarrekening geven een helder beeld van de financiële positie en gezondheid van de gemeente Drimmelen. Ze zijn onmisbaar voor het beoordelen van de mate waarin de gemeente in staat is om haar huidige en toekomstige verplichtingen na te komen, investeringen te financieren, en financiële risico’s op te vangen. Elk kengetal belicht daarbij een specifiek aspect van de financiële huishouding en samen vormen ze een integraal beeld van de financiële gezondheid van onze gemeente.
Netto schuldquote 32% ( daalt = positieve ontwikkeling)
De netto schuldquote is een maatstaf die uitdrukt hoeveel van de jaarlijkse baten van de gemeente wordt gebruikt om de netto schuldenlast te dekken. Deze schuld bestaat uit het totaal van de schulden minus de liquide middelen en eventueel verstrekte leningen. Een lagere netto schuldquote betekent dat de gemeente minder afhankelijk is van externe financiering, wat duidt op een relatief gezonde financiële positie en een lagere rentelast.
In 2024 is de netto schuldquote gedaald van 35% naar 32%. Dit geeft aan dat de gemeente haar schuldenlast in verhouding tot de baten licht heeft weten te verminderen, wat een positief signaal is. De verbetering van dit kengetal is vooral te danken aan de toegenomen baten in 2024. Een dalende netto schuldquote zorgt voor een sterkere financiële positie, waardoor de gemeente meer mogelijkheden heeft om te investeren zonder haar weerbaarheid te verminderen.
Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 32% (stijgt = negatieve ontwikkeling)
Het verschil tussen de reguliere netto schuldquote en de netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen is dat de reguliere netto schuldquote kijkt naar alle schulden van de gemeente, inclusief het geld dat de gemeente zelf heeft uitgeleend aan anderen. De netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen haalt het uitgeleende geld van de totale schuld af. Zo geeft deze aangepaste schuldquote een realistischer beeld van de daadwerkelijke schulden die de gemeente aan externe partijen heeft.
In 2024 zijn de netto schuldquote en de gecorrigeerde netto schuldquote aan elkaar gelijk gebleven op 32%, terwijl er in 2023 nog een verschil van 4% tussen deze twee kengetallen zat (35% versus 31%). Dit betekent dat in 2024 de omvang van de leningen die de gemeente zelf heeft verstrekt aan derden, zoals samenwerkingsverbanden of projecten, geen noemenswaardige correctie gaf op de totale schuldenlast. In 2023 was er nog sprake van een groter aandeel van deze interne leningen, waardoor het gecorrigeerde kengetal lager uitviel dan de reguliere netto schuldquote.
Omdat er in 2024 in verhouding minder gelden zijn verstrekt aan verbonden partijen dan in 2023, betekent dit dat de gemeente haar externe schulden heeft zien toenemen. Met andere woorden: doordat de gemeente minder geld heeft uitgeleend aan verbonden partijen (wat de schuldpositie vermindert wanneer deze gecorrigeerd wordt), blijft er relatief meer schuld over die extern is opgenomen. Dit zorgt ervoor dat de gecorrigeerde netto schuldquote stijgt, ook als de ‘ongecorrigeerde’ netto schuldquote daalt.
Dit wijst erop dat de gemeente in 2024 meer geld heeft moeten lenen van externe financiers, terwijl er minder geld binnen de eigen netwerken (zoals verbonden partijen) is uitgeleend.
Solvabiliteitsratio 42% (daalt = negatieve ontwikkeling)
De solvabiliteitsratio is een belangrijke indicator voor de financiële gezondheid van de gemeente, omdat deze het eigen vermogen uitdrukt als percentage van het totale vermogen. Een hogere solvabiliteitsratio wijst op een stevigere financiële buffer, wat betekent dat de gemeente beter in staat is om financiële tegenvallers op te vangen zonder in financiële problemen te komen.
De solvabiliteitsratio is in 2024 licht gedaald van 44% naar 42%. Ondanks deze kleine terugval blijft de ratio op een redelijk gezond niveau. De daling wordt vooral veroorzaakt door een toename van kortlopende kasgeldleningen en andere kortlopende schulden. Sinds 2015 is er een dalende trend zichtbaar in de solvabiliteit, waarbij de ratio vanaf 2022 onder de 50% is gezakt. Deze voortdurende daling vraagt om nauwlettend toezicht, omdat een structureel lagere solvabiliteit het financiële risico voor de gemeente kan vergroten.
Toch betekent 42% nog steeds een redelijke buffer, waarmee de gemeente voldoende robuust blijft om economische schokken op te vangen. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) hanteert een ondergrens van 20% voor de solvabiliteitsratio; de gemeente Drimmelen zit hier dus ruim boven.
Kengetal grondexploitatie -1% (daling = negatieve ontwikkeling)
Grondexploitatie speelt een belangrijke rol in het financiële beleid van veel gemeenten, omdat het de kosten en opbrengsten rondom de verkoop en ontwikkeling van gemeentelijke grond weerspiegelt. Het kengetal grondexploitatie geeft de verhouding weer tussen het resultaat uit deze exploitatie en de waarde van de grondposities.
Het kengetal grondexploitatie laat een minimale daling zien in 2024 van -1% (2023 = 0%). Dit betekent dat de gemeente Drimmelen verwacht verlies te lijden op haar grondexploitaties. Wat inhoudt dat de geraamde kosten voor het ontwikkelen, bouwrijp maken en verkopen van gronden hoger zijn dan de te verwachten opbrengsten. Dit negatieve percentage geeft aan dat er een verslechtering is opgetreden, maar het wijst ook op een aanhoudende kosten- en risicodruk. De gemeente Drimmelen blijft hier scherp op sturen om grotere negatieve effecten te voorkomen.
Structurele exploitatieruimte 1% (stijgt = positieve ontwikkeling)
De structurele exploitatieruimte is een cruciale graadmeter voor de financiële gezondheid van een gemeente. Het geeft aan in hoeverre de gemeente structureel meer inkomsten dan uitgaven heeft, dus of er sprake is van een overschot of tekort in de begroting op lange termijn. Een positieve structurele exploitatieruimte betekent dat de gemeente financieel ruimte heeft voor nieuwe investeringen, voorzieningen of het opvangen van tegenvallers. Een negatieve waarde wijst op structurele tekorten die de financiële houdbaarheid kunnen ondermijnen.
In 2024 is de structurele exploitatieruimte verbeterd, van -4% (in 2023) naar 1%. Dit betekend dat het structurele tekort van de gemeente is afgenomen. De hogere structurele exploitatieruimte betekent in principe dat de gemeente meer financiële ruimte heeft binnen haar begroting, wat gunstig is voor het opvangen van toekomstige kosten en het realiseren van investeringen. Dit is een belangrijke verbetering en creëert een positieve basis voor de toekomst.
Belastingcapaciteit 89% (stijgt = overwegend positieve ontwikkeling)
De belastingcapaciteit geeft aan hoe de belastingdruk in gemeente Drimmelen zich verhoudt tot het landelijke gemiddelde van alle gemeenten. De belastingcapaciteit wordt bepaald aan de hand van de gemiddelde woonlasten, die bestaan uit de onroerendezaakbelasting (OZB), rioolheffing en reinigingsheffing. Naast de OZB wordt ook gekeken naar de riool- en afvalstoffenheffing, omdat deze heffingen niet altijd volledig kostendekkend hoeven te zijn en soms bewust lager worden vastgesteld. Hierdoor kan er sprake zijn van belastingcapaciteit die nog niet volledig wordt benut.
De belastingcapaciteit is in 2024 toegenomen van 82% naar 89% van het landelijk gemiddelde. Dit betekent dat onze gemeentelijke woonlasten nog steeds onder het landelijk gemiddelde liggen. Ter vergelijking: een belastingcapaciteit van 100% betekent dat de gemeentelijke woonlasten exact gelijk zijn aan het landelijke gemiddelde.
Vanuit financieel perspectief is de stijging overwegend positief te duiden. De verhoging van de lokale tarieven heeft geleid tot een toename van de structurele eigen inkomsten. Dit draagt bij aan een gezondere financiële positie en versterkt de structurele dekkingskracht van de begroting. De hogere belastingcapaciteit draagt bij aan het weerstandsvermogen, doordat de gemeente meer ruimte heeft om financiële risico’s op te vangen.
Hoewel de belastingcapaciteit met 89% nog steeds onder het landelijk gemiddelde ligt, blijft de gemeente zich inzetten voor een zorgvuldige afweging tussen financiële houdbaarheid en betaalbaarheid voor inwoners. De stijging in 2024 past binnen de landelijke trend van toegenomen lasten, maar wordt kritisch gevolgd in het licht van toekomstige tariefontwikkelingen en het streven naar evenwichtige lastenverdeling.
Samenvattende conclusie
De financiële kengetallen van de gemeente in 2024 tonen een positief en stabiel beeld van de financiële gezondheid. De daling van de netto schuldquote laat zien dat de schuldenlast beter beheersbaar is geworden, wat de rentelast verlaagt en de financiële flexibiliteit vergroot.
Hoewel de solvabiliteitsratio wederom licht is gedaald, blijft deze op een niveau dat voldoende ruimte biedt om risico’s en onzekerheden het hoofd te bieden. De negatieve maar stabiele grondexploitatie duidt op blijvende uitdagingen in deze sector, maar zonder dat deze financieel verslechtert. Daarnaast laat de structurele exploitatieruimte een verbetering zien, waarmee een stap is gezet richting een duurzame en gezonde begrotingshuishouding. Tot slot versterkt de stijging van de belastingcapaciteit gemiddelde de financiële autonomie van de gemeente, waardoor zij beter in staat is haar eigen koers te varen.
Al met al toont de financiële positie van gemeente Drimmelen zich in 2024 gezond en veerkrachtig. Tegelijkertijd blijft het belangrijk om scherp te blijven op de dalende solvabiliteit en de negatieve grondexploitatie, en om rekening te houden met het incidentele karakter van sommige positieve resultaten. Met een goede monitoring en verstandig financieel beleid is de gemeente Drimmelen goed toegerust om ook op langere termijn financieel stabiel te blijven en haar ambities te verwezenlijken.